Zoekresultaten

Het CBS heeft de afwegingskaders m.b.t. migratie- en integratiestatistieken, in overleg met externe experts, tegen het licht gehouden. Het richt zich op de relevantie van uitsplitsing naar...

In dit haalbaarheidsonderzoek is onderzocht in welke mate het mogelijk is om kwantitatieve en kwalitatieve veranderingen in de werkgelegenheid bij bedrijven die direct of indirect te maken hebben met...

Begin 2018 telde Nederland bijna 273 duizend familiebedrijven. Daarvan waren er 195 duizend actief in het niet-financiële bedrijfsleven. Zij realiseerden in 2018 403 miljard euro omzet.

In de eerste helft van 2020 kocht 71 procent van de Nederlanders van 12 jaar of ouder, ongeveer 10,7 miljoen mensen, iets online.

In 2019 schatte 20 procent van de zelfstandig ondernemers in dat hun huishouden niet langer dan 3 maanden financieel rond kon komen als het inkomen uit hun bedrijf geheel zou wegvallen.

De inkomsten in de landbouwsector zijn in 2020 met 6 procent gedaald ten opzichte van 2019, ondanks de coronasteunmaatregelen van de overheid.

Postcodegebieden met aantallen particuliere huishoudens exclusief studentenhuishoudens, 2018

De tabellen bevatten cijfers over zzp’ers naar gemeenten voor de jaren 2018 en 2019.

CBS jaaroverzicht 2020, het jaar van de coronacrisis.

Welvaartsverdeling van huishoudens volgens een maatstaf gebaseerd op inkomen en vermogen.

Dit rapport meet voortgang in de eerst vijf jaar van de 17 SDG's (2016-2020) en inventariseert het daarbij in Nederland gevoerde beleid (monitoring en reflectie).

Energie-indicatoren naar gemeente, wijk en buurt, 2018

Bulletin met de meest recente CBS-cijfers over verschillende thema’s.

bevolking 15-75 op 1 oktober 2019 gemeenten, wijken, buurten, onderwijsniveau

Stoppende zelfstandigen en zzp'ers Geslacht, type zelfstandige, persoonskenmerken en bedrijfstak (SBI 2008)

Het betreft tabellen met bevolkings- en sterftecijfers naar geslacht, leeftijd, burgerlijke staat, bedrijfssector en inkomen voor de periode 2006-2017.

Laagopgeleiden en mensen met een niet-westerse migratieachtergrond hebben een lagere brede welvaart, hoogopgeleiden en mensen zonder migratieachtergrond hebben een hogere brede welvaart