Verdeling: Milieu
- In 2023 behoorde 14,5 procent van de Nederlandse bevolking tot een huishouden dat aangaf last te hebben van vervuiling of andere milieuproblemen, zoals rook, stof, stank of vervuild water.
- Vooral vrouwen, de leeftijdsgroepen tussen 35 en 75 jaar en mensen die in Nederland geboren zijn met ouders die in een land buiten Europa geboren zijn, ervaren bovengemiddeld vaak milieuproblemen.
- Het totale aandeel mensen in huishoudens die aangeven last te ervaren van vervuiling in de woonomgeving is in 2023 ongeveer gelijk aan dat in 2019.
Last van milieuproblemen in woonomgeving
Situatie in 2023
In 2023 behoorde 14,5 procent van de Nederlandse bevolking tot een huishouden dat aangaf last te hebben van vervuiling in de woonomgeving. Daarbij gaat het specifiek om vervuiling of andere milieuproblemen, zoals rook, stof, stank of vervuild water.
- Vrouwen ervaren bovengemiddeld vaak milieuvervuiling, mannen juist minder dan gemiddeld.
- Jongeren tot 15 jaar en 25- tot 35-jarigen behoren minder vaak dan gemiddeld tot een huishouden dat aangeeft last te hebben van milieuvervuiling, evenals 75 plussers. Mensen in de andere leeftijdsgroepen hebben hier juist vaker last van dan gemiddeld.
- Mensen die in Nederland geboren zijn met ouders die dat ook zijn, rapporteren minder vaak dan gemiddeld last te hebben van milieuvervuiling in de woonomgeving. Dit geldt ook voor mensen die zelf in een land buiten Nederland geboren zijn. Mensen die zelf in Nederland geboren zijn, maar met ouders die geboren zijn in een land buiten Europa ervaren juist relatief vaak vervuiling.
De kenmerken geslacht, leeftijd, onderwijsniveau en geboorteland/herkomst hangen samen. Het percentage hoogopgeleiden is bijvoorbeeld niet gelijk in alle leeftijdsgroepen. Door standaardisatie van de cijfers wordt hiermee rekening gehouden: er wordt gecorrigeerd voor de ongelijkheid in het voorkomen van bovenstaande kenmerken. Op basis van gestandaardiseerde cijfers over de ervaren last van milieuproblemen in de woonomgeving blijven bovenstaande bevindingen in stand.
Veranderingen tussen 2019 en 2023
Het totale aandeel mensen in huishoudens die aangeven last te ervaren van vervuiling in de woonomgeving is in 2023 met 14,5 procent ongeveer gelijk aan dat in 2019. Echter, bij een aantal van de onderliggende groepen hebben zich wel wat ontwikkelingen voorgedaan.
- Mannen hebben vergeleken met gemiddeld een gunstige ontwikkeling doorgemaakt; het aandeel van hen dat last heeft van milieuvervuiling is met 1,2 procentpunt gedaald. Bij vrouwen is het juist iets toegenomen, met 0,2 procentpunt.
- De leeftijdsgroepen tussen 25 en 35 jaar en tussen 55 en 65 jaar laten ten opzichte van gemiddeld een relatief gunstige ontwikkeling zien. Het aandeel dat milieuvervuiling ervaart is bij hen respectievelijk met 3,5 procentpunt en 2,4 procentpunt gedaald ten opzichte van 2019. De leeftijdsgroep tussen 35 en 45 jaar laat met een stijging van 1,2 procentpunt juist een relatief ongunstige ontwikkeling zien.
- De groep die in Nederland geboren is, maar waarvan de ouders in een land buiten Europa geboren zijn laat een relatief ongunstige ontwikkeling zien. Het aandeel dat milieuvervuiling ervaart is bij hen met 3,8 procentpunt gestegen. Het omgekeerde is te zien bij de mensen die buiten Nederland geboren zijn. Bij mensen die in een Europees land (exclusief Nederland) geboren zijn is sprake van een daling van 5,5 procentpunt in het aandeel dat milieuproblemen ervaart. Onder mensen die buiten Europa geboren zijn betreft het een daling van 3,2 procentpunt.