Arbeidsomstandigheden
Het CBS meet niet alleen wie er wel en niet werkt en alles wat daarmee samenhangt, maar ook wat zich op de werkvloer afspeelt. Van het onderzoek op het gebied van arbeidsomstandigheden dat het CBS en TNO samen uitvoeren, worden hier enkele uitkomsten uitgelicht.
Het zijn achtereenvolgens:
- de psychosociale arbeidsbelasting;
- fysieke arbeidsbelasting (lichamelijk zwaar werk);
- arbeidsongevallen;
- duurzame inzetbaarheid van werknemers.
De cijfers zijn gegeven voor verschillende beroepsklassen. Het CBS onderscheidt bijna 440 beroepen, die zijn ondergebracht in beroepsklassen. Waar wordt gesproken over werknemers, gaat het om werknemers die tussen de 15 en 75 jaar oud zijn.
Werkdruk en autonomie
In 2023 gaf 40 procent van de werknemers aan vaak of altijd heel veel werk te moeten doen. Managers gaven het vaakst aan dat ze heel veel moeten werken (59 procent). Werknemers met een pedagogisch beroep, of een zorg- en welzijnsberoep zijn ook vaak druk: iets minder dan de helft zegt heel veel werk te moeten doen.
Of veel werken ook leidt tot overbelasting is afhankelijk van een aantal factoren, zoals de autonomie in het werk. Dat wil zeggen: in hoeverre kunnen werknemers zelf bepalen hoe zij hun werk doen? Het merendeel van de werknemers (63 procent) geeft aan dit regelmatig zelf te kunnen beslissen. Dit komt het meest voor bij managers (88 procent) en werknemers met een ICT-beroep (82 procent). Werknemers met een transport- of logistiek beroep ervaren de minste autonomie in hun werk.
Zelf beslissen hoe werk uit te voeren (% werknemers 15 tot 75 jaar) | Moet heel veel werk doen (% werknemers 15 tot 75 jaar) | |
---|---|---|
Totaal | 63,0 | 40,4 |
Managers | 88,1 | 59,2 |
ICT | 81,9 | 34,8 |
Creatief en taalkundig | 75,3 | 41,0 |
Bedrijfseconomisch en administratief | 72,3 | 38,8 |
Technisch | 64,9 | 36,2 |
Openbaar bestuur, veiligheid en juridisch | 63,7 | 40,5 |
Commercieel | 60,3 | 38,6 |
Pedagogisch | 58,4 | 48,9 |
Agrarisch | 57,5 | 33,7 |
Zorg en welzijn | 52,2 | 46,2 |
Dienstverlenend | 49,1 | 37,7 |
Transport en logistiek | 41,5 | 27,1 |
Overig | 41,0 | 37,9 |
Bron: CBS, TNO, NEA |
Lichamelijk zwaar werk
Bijna 1 op de 5 werknemers deed in 2023 werk waarbij veel kracht gezet moet worden. In agrarische beroepen komt dit regelmatig voor: bij bijna de helft van alle werknemers. Ook bij transport- en logistieke beroepen is dit vaak het geval. Ter vergelijking: in ICT-beroepen komt dit voor bij 2 procent.
Noodgedwongen werken in een ongemakkelijke houding kan het werk ook zwaar maken. In 2023 was dit bij 9 procent van de werknemers regelmatig het geval. Ook hier komt dat het meeste voor in de agrarische beroepen. Ook personen met een zorg- en welzijnsberoep of in een technisch beroep moeten regelmatig in een ongemakkelijke houding werken.
Regelmatig veel kracht zetten (% werknemers 15 tot 75 jaar) | Regelmatig ongemakkelijke werkhouding (% werknemers 15 tot 75 jaar) | |
---|---|---|
Beroepsklasse | ||
Totaal | 19,1 | 9,2 |
Agrarisch | 47,0 | 20,7 |
Transport en logistiek | 41,0 | 11,1 |
Technisch | 33,0 | 17,3 |
Zorg en welzijn | 27,2 | 18,5 |
Dienstverlenend | 27,1 | 12,9 |
Overig | 22,3 | 10,5 |
Commercieel | 17,0 | 4,5 |
Pedagogisch | 11,2 | 5,8 |
Managers | 8,4 | 3,2 |
Openbaar bestuur, veiligheid en juridisch | 7,8 | 6,1 |
Bedrijfseconomisch en administratief | 6,2 | 2,6 |
Creatief en taalkundig | 5,9 | 4,8 |
ICT | 2,1 | 1,9 |
Bron: CBS, TNO (NEA) |
Arbeidsongevallen
In 2023 kreeg 1,3 procent van de werknemers een of meer ongevallen op het werk in de voorafgaande 12 maanden, als gevolg waarvan ze één of meer dagen moesten verzuimen. Bij werknemers met een transport- of logistiek beroep en werknemers met een agrarisch beroep komt dit voor bij meer dan 3 procent. ICT’ers hadden het minst te maken met een arbeidsongeval met minimaal één dag verzuim.
De EU (European Statistics on Accidents at Work, ESAW) spreekt van een ernstig arbeidsongeval als een werknemer minimaal vier dagen verzuimt. Op basis van deze definitie had in 2023 0,9 procent van de werknemers te maken met een arbeidsongeval. Ook dan zijn het de werknemers met een transport- of logistiek beroep en agrarisch beroep die daar het meest mee te maken hebben. Bij ICT’ers komen arbeidsongevallen met verzuim van vier dagen of meer nauwelijks voor.
Arbeidsongeval met één of meer dagen verzuim (% werknemers 15 tot 75 jaar) | Arbeidsongeval met vier of meer dagen verzuim (% werknemers 15 tot 75 jaar) | |
---|---|---|
Beroepsklasse | ||
Totaal | 1,3 | 0,9 |
Agrarisch | 3,2 | 2,0 |
Transport en logistiek | 3,2 | 2,3 |
Dienstverlenend | 2,0 | 1,3 |
Technisch | 2,0 | 1,4 |
Ppenbaar bestuur, veiligheid en juridisch | 1,6 | 1,1 |
Zorg en welzijn | 1,3 | 0,9 |
Managers | 1,0 | 0,6 |
Creatief en taalkundig | 1,0 | 0,8 |
pedagogisch | 0,8 | 0,5 |
commercieel | 0,8 | 0,5 |
Bedrijfseconomisch en administratief | 0,8 | 0,6 |
ICT | 0,4 | 0,3 |
Overig | 3,2 | 1,8 |
Bron: CBS, TNO (NEA) |
Tevredenheid met het werk
Verreweg de meeste werknemers zijn tevreden over het werk dat zij doen. In 2023 ging dat op voor 79 procent. Werknemers met een pedagogisch of agrarisch beroep waren met 82 procent het meest tevreden over het werk. Werknemers met een transport en logistiek beroep zijn van alle beroepsklassen het minst tevreden. Toch is ook in die beroepen het merendeel (76 procent) te spreken over het werk.
(Zeer) tevreden (% werknemers 15 tot 75 jaar) | |
---|---|
Totaal | 78,9 |
Pedagogisch | 82,2 |
Agrarisch | 82,1 |
Managers | 81,3 |
Openbaar bestuur, veiligheid en juridisch | 81,3 |
Zorg en welzijn | 80,4 |
Bedrijfseconomisch en administratief | 79,0 |
ICT | 78,8 |
Technisch | 78,1 |
Creatief en taalkundig | 77,9 |
Dienstverlenend | 77,9 |
Commercieel | 76,8 |
Transport en logistiek | 75,7 |
Overig | 63,4 |
Bron: CBS, TNO (NEA) |
Duurzame inzetbaarheid
De gemiddelde pensioenleeftijd is de afgelopen jaren hoger geworden, als gevolg van de stapsgewijze ophoging van de AOW-gerechtigde leeftijd. De leeftijd die werknemers zelf noemen als gewenste pensioenleeftijd is ook omhoog gegaan. In 2023 gaven werknemers aan door te willen werken tot gemiddeld 62,9 jaar. Een vrij grote groep, 41 procent van de werknemers, geeft aan niet te weten tot welke leeftijd zij willen doorwerken. Dit komt meer voor onder jongere dan onder oudere werknemers. Mensen met een zorg- en welzijnsberoep of met een pedagogisch beroep willen het langste doorwerken. De gemiddelde leeftijd waarop ze willen stoppen ligt iets hoger dan 64 jaar. Daarmee willen ze flink langer doorwerken dan werknemers met een commercieel beroep, een dienstverlenend beroep of een transport- of logistiek beroep.
Leeftijd (leeftijd in jaren) | |
---|---|
Beroepsklasse> | |
Totaal | 62,9 |
Pedagogisch | 64,1 |
Zorg en welzijn | 64,1 |
Creatief en taalkundig | 63,9 |
Openbaar bestuur, veiligheid en juridisch | 63,8 |
Bedrijfseconomisch en administratief | 63,6 |
Managers | 63,6 |
Technisch | 63,3 |
Agrarisch | 62,7 |
ICT | 62,6 |
Overig | 62,4 |
Commercieel | 61,3 |
Dienstverlenend | 60,3 |
Transport en logistiek | 59,2 |
Bron: CBS, TNO (NEA) |
Cijfers op Statline: Psycho-sociale arbeidsbelasting werknemers, beroep; Fysieke arbeidsbelasting werknemers, beroep; Arbeidsongevallen werknemers, beroep; Duurzame inzetbaarheid werknemers; beroep
Meer informatie over arbeidsomstandigheden is te vinden in onder meer de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) in vogelvlucht en de Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) in vogelvlucht.