Wijken en buurten, volgtijdelijk 2009

Wat behelst het onderzoek

Doel

De StatLinetabel Wijken en buurten, volgtijdelijk 2009 is een overzichtspublicatie met cijfers over inwoners en personen met uitkeringen op het niveau van gemeenten, wijken en buurten. Het bijzondere aan deze tabel is dat de gegevens over de jaren 1999 tot en met 2009 getoond worden naar de gemeente-, wijk- en buurtindeling van 2009. Hierdoor zijn de cijfers voor wijken en buurten door de tijd heen met elkaar te vergelijken. Dit in tegenstelling tot de cijfers uit de tabel Kerncijfers wijken en buurten. Daarmee zijn vergelijkingen door de tijd veelal niet mogelijk door jaarlijkse wijzigingen in de wijk- en buurtindeling.

Domeinbeschrijving

De tabel omvat voorlopig alleen de thema's bevolking en personen met een uitkering. De cijfers zijn beschikbaar op gemeente-, wijk- en buurtniveau. De gemeenten zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Elke gemeente heeft minimaal één wijk en elke wijk is weer opgebouwd uit minimaal één buurt.

Aanvang onderzoek

De tabel is voor het eerst gepubliceerd in februari 2011 en bevat cijfers over 1999 tot en met 2009.

Frequentie

Deze tabel zal stapsgewijs aangevuld worden met nieuwe gegevens op basis van de gemeente-, wijk- en buurtindeling van 2009.

Publicatiestrategie

De gepubliceerde cijfers zijn definitief.

Hoe wordt het onderzoek uitgevoerd

Soort onderzoek

De tabel Wijken en buurten, volgtijdelijk 2009 wordt gemaakt op basis van leveringen op laagregionaal niveau van diverse afdelingen binnen het CBS.

Bronnen

De onderverdeling van gemeenten in wijken en buurten dateert van de volkstelling van 1947. De indeling in wijken en buurten wordt vastgesteld door gemeenten en sluit aan op wensen voor beleidsvorming. Gemeenten zijn formeel eigenaar. Het CBS coördineert het samenstellen van de indeling en integreert de kaarten van gemeenten in een landelijke wijk- en buurtkaart.

Voor de publicatie zijn ook inhoudelijke gegevens nodig. Om gegevens op buurtniveau te kunnen publiceren, is het noodzakelijk dat gebruik wordt gemaakt van integrale waarnemingen of tellingen, dan wel onderzoeken met een grote steekproefomvang. De gegevens van de publicatie zijn gebaseerd op gegevens uit het Sociaal Statistisch Bestand (SSB), dat de belangrijkste demografische en sociaal-economische gegevens over de Nederlandse bevolking bevat.

Beveiliging van de cijfers

Om redenen van betrouwbaarheid en geheimhouding kunnen gegevens ontbreken. Welke beveiligingsprocedure is gebruikt, is vermeld in de toelichting bij de betreffende onderwerpen. Bij enkele variabelen is het mogelijk om beveiligde cellen te vullen met een
waarde op basis van de overige gegevens in de tabel. Dit wordt echter afgeraden, omdat de waarde die op die manier berekend wordt niet betrouwbaar is bevonden.
Door afronding kan het voorkomen dat de totalen niet geheel overeenstemmen met de som van de afzonderlijke getallen. Verder zijn er per jaar enkele duizenden inwoners van wie niet bekend is in welke wijk en buurt ze wonen. Alleen de gemeente is bekend. Deze personen worden niet op wijk- en buurtniveau meegeteld, maar wel op gemeenteniveau. Ook daardoor tellen de aantallen van wijken en buurten niet altijd op tot gemeentetotalen.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

Doordat de regionale indeling constant is gehouden, zijn de cijfers volgtijdelijk vergelijkbaar. Normaal gesproken zijn regionale cijfers slecht door de tijd heen te vergelijken door grenswijzigingen op gemeente-, wijk- en buurtniveau.

De tabel bevat cijfers die kunnen afwijken van op het oog vergelijkbare cijfers in andere tabellen op StatLine, zoals Kerncijfers wijken en buurten. Dit komt door definitieverschillen en de opzet van het SSB. Het aantal inwoners op laagregionaal niveau is in het SSB over het algemeen iets hoger door de verwerking van nagekomen berichten van de Gemeentelijke BasisAdministratie. Landelijk bezien komen de SSB-cijfers 3 duizend (op de 16,5 miljoen) hoger uit in 2009.

Verder telt binnen het SSB een uitkering bijvoorbeeld alleen mee als er daadwerkelijk betalingen hebben plaatsgevonden (betalingsconcept). Verder kunnen er verschillen bestaan met statistieken vanwege het moment waarop de uitkeringsrelatie wordt vastgesteld: soms is dat de stand van zaken in de verslagmaand zelf (registratiebasis), in andere gevallen wordt ook rekening gehouden met nagekomen informatie (transactiebasis).