De statistiek Openbare Bibliotheken geeft een beschrijving van het aantal leden, de collecties, uitleningen, personeel en bedrijfseconomische situatie van de openbare bibliotheken.
Doelpopulatie
De openbare bibliotheken in Nederland die aangesloten zijn bij de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB).
Statistische eenheid
De openbaren bibliotheekorganisaties aangesloten bij de VOB.
Aanvang onderzoek
1999.
Frequentie
Jaarlijks.
Publicatiestrategie
In het derde kwartaal verschijnen de voorlopige cijfers over het voorafgaande jaar en krijgen de cijfers van een jaar eerder de definitieve status.
Hoe wordt het onderzoek uitgevoerd ?
Soort onderzoek
Integrale waarneming.
Waarnemingsmethode
Enquêtering via de Koninklijke Bibliotheek (KB). Eerder (vóór 2015) vond de waarneming plaats door de VOB.
Berichtgevers
Openbare bibliotheekorganisaties.
Steekproefomvang
Integrale waarneming (+/- 155 organisaties).
Controle- en correctiemethoden
Bij (gedeeltelijk) ontbrekende of incorrecte informatie wordt geschat op basis van t-1 of gemiddelden en verdeelfracties van vergelijkbare organisaties. De waarden die worden geschat tellen niet mee voor de berekening van gemiddelden en verdeelfracties.
Weging
De uitkomsten zijn niet gewogen.
Wat is de kwaliteit van de uitkomsten
Nauwkeurigheid
De waarneming is integraal. Alle openbare bibliotheekorganisaties in Nederland zijn aangesloten bij de VOB. Voor slechts enkele bibliotheken worden schattingen gemaakt bij (gedeeltelijk) ontbrekende waarden.
Volgtijdelijke vergelijkbaarheid
De gegevens zijn tot en met 2001 inclusief Provinciale Service Organisaties (PSO’s) en volksbibliotheken en tot met 2005 inclusief PSO’s en exclusief volksbibliotheken. Vanaf 2005 betreft het alleen nog de Openbare Bibliotheken.