Middelbaar beroepsonderwijs; door- en uitstroom, achtergrondkenmerken

Wat behelst het onderzoek

Doel

Informatie geven over de door- en uitstroom van studenten aan het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) in twee opeenvolgende studiejaren. In de statistieken wordt beschreven hoe de (onderwijs)positie van studenten aan het mbo een jaar later eruit ziet. De tabel is te splitsen naar leerweg, niveau, het al dan niet hebben behaald van een diploma in het basisjaar, sectorkamer in het basisjaar, geslacht, herkomst en de (onderwijs)positie in het bestemmingsjaar.

Doelpopulatie

Studenten aan het door de overheid bekostigde middelbaar beroepsonderwijs, zoals regionale opleidingencentra (ROC’s), agrarische opleidingencentra (AOC’s) of vakscholen. Dit is exclusief de extranei, personen die alleen staan ingeschreven om examen te doen.

Statistische eenheid

Personen.

Aanvang onderzoek

De eerste cijfers betreffen de overgang van studiejaar 2011/’12 naar studiejaar 2012/’13.

Frequentie

Jaarlijks

Publicatiestrategie

Eén keer per jaar wordt de tabel vernieuwd. De voorlopige cijfers van een nieuw studiejaar worden toegevoegd. Tegelijkertijd worden de voorlopige cijfers van het voorafgaande studiejaar vervangen door definitieve cijfers.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

Registerinformatie op persoonsniveau.

Waarnemingsmethode

Het aantal studenten wordt geteld op één peilmoment aan het begin van een studiejaar, namelijk 1 oktober. De gediplomeerden worden geteld over de periode van een studiejaar.

De cijfers zijn gebaseerd op het Register Onderwijsdeelnemers (ROD). ROD bevat informatie op persoonsniveau over studenten en gediplomeerden in het bekostigde onderwijs. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) verzamelt de gegevens van de verschillende instellingen en beheert het register. Vervolgens bewerkt DUO deze gegevens tot ééncijferbestanden volgens met het CBS en andere gebruikers vastgestelde afleidingen. In de ééncijferbestanden is onder andere van elke student de hoofdinschrijving en van elke geslaagde het hoofddiploma voor het studiejaar aangegeven. Het CBS gebruikt de ééncijferbestanden om het aantal studenten en gediplomeerden te bepalen.

Omdat in ROD ook het burger servicenummer (BSN) van de studenten en gediplomeerden is opgenomen, kan het CBS deze koppelen met andere registers op persoonsniveau, zoals de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). In de tabellen is dan ook informatie opgenomen uit de GBA over geslacht en herkomst van de studenten en gediplomeerden aan het mbo.

Berichtgevers

Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).

Steekproefomvang

Niet van toepassing.

Controle- en correctiemethoden

DUO controleert de gegevens die zij van haar berichtgevers (instellingen) ontvangt op volledigheid en inconsistenties en brengt zo nodig in overleg met hen verbeteringen aan in de bestanden. De aan het CBS geleverde bestanden worden na binnenkomst nogmaals door een specialist van het CBS gecontroleerd. Zo nodig worden in overleg met DUO alsnog verbeteringen in de bestanden aangebracht.

Weging

Niet van toepassing.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

De definitieve cijfers geven een goed beeld van het werkelijke aantal studenten en gediplomeerden aan de door de overheid bekostigde mbo-instellingen.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De verschillen tussen de voorlopige ten opzichten van de definitieve cijfers zijn over het algemeen klein. Vergelijkbaarheid tussen de verschillende studiejaren wordt actief in stand gehouden; waar nodig worden cijfers teruggelegd bij nieuwe indelingen.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Zie controle- en correctiemethoden.