Herverdeling personenauto’s naar provincielocatie van de eindgebruiker

Doel

Het herverdelen van personenauto’s over de twaalf provincies, waarbij voor de auto’s van rechtspersonen een zo goed mogelijke inschatting gemaakt wordt van de locatie van de eindgebruiker van de auto.

Wat behelst het onderzoek?

Bij auto’s van rechtspersonen is de geregistreerde eigenaar een bedrijf. Dit staat niet gelijk aan de berijder van de auto en daarmee is de locatie van de eindgebruiker van de auto niet vast te stellen via de Basisregistratie Voertuigen. Dit is geen probleem als alleen wordt gekeken naar Nederland als geheel, maar er ontstaat een vertekening bij de verdeling naar het niveau van regio’s, zoals provinciën.

Wat levert dit op?

Overzichten in tabelvorm met informatie over de omvang en samenstelling van het Nederlandse personenautopark, naar provincieniveau van de eindgebruiker en uitgesplitst naar brandstofsoort.

Doelpopulatie

Alle personenauto’s met een geldig Nederlands kenteken die zijn toegelaten tot deelname aan het verkeer op de openbare weg.

Statistische eenheid

Personenauto met een geldig Nederlands kenteken.

Aanvang onderzoek

De eerste herverdeling van personenauto’s over de twaalf provincies is als maatwerk opdracht uitgevoerd voor de peildatum 1 januari 2020.

Frequentie

Onder voorbehoud van externe financiering wordt de tabellenset jaarlijks geactualiseerd.

Publicatiestrategie

Het CBS doet aanvullend statistisch onderzoek om specifieke vragen van overheden te beantwoorden. Omdat deze onderzoeken veelal een incidenteel karakter hebben, worden de resultaten niet via Statline beschikbaar gesteld maar via overzicht van aanvullend statistisch onderzoek per thema als een maatwerktabel. Aanvullende vragen zijn te stellen via: infoservice@cbs.nl.

Hoe wordt het onderzoek uitgevoerd?

Over de populatie

De populatie bestaat uit personenauto’s die in het RDW kentekenbestand (BRV) op 1 januari van een onderzoek jaar als actief in Nederland geregistreerd staan, inclusief de op dat moment geschorste auto’s. Auto’s in de bedrijfsvoorraad of die eerder zijn uitgevallen door export of sloop worden niet meegenomen, omdat zij geen relevante locatie (meer) hebben. Het kentekenregister bepaalt de beginstand van personenauto’s en het juridische eigenaarschap zoals dat bekend is.
Andere ingezette bronnen

  • Wagenparkopgaven (leasebestand);
  • Algemeen Bedrijven Register (ABR);
  • Polisadministratie (bedrijven, vestigingen, banen);
  • Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA), Basisregistratie Personen (BRP);
  • Enquêtedata Onderweg in Nederland (ODiN);

Een korte toelichting van elke bron is te vinden in de tabellenset.

Globale opbouw en structuur van de methode

De methode resulteert in een verdeling van personenauto’s over de provincie o.b.v. de locatie van de eindgebruiker (ofwel de standplaats van de auto) en niet o.b.v. de locatie van de registreerde eigenaar van de auto.

Bij kentekens op naam van een natuurlijk persoon wordt verondersteld dat de in de bron BRV geregistreerde locatie van de juridisch eigenaar de locatie van de eindgebruiker en dus de standplaats weergeeft. Herverdeling is hier niet noodzakelijk. Dit geldt voor auto’s van particulieren maar ook voor een groep auto’s waarbij wel bedrijfsactiviteiten zijn, namelijk de grote groep ondernemers die de rechtsvorm hebben van éénmanszaken, zzp’, vof of maatschappen.

Wat overblijft is de groep rechtspersonen. Dat zijn meer dan één miljoen kentekens die wel moeten worden herverdeeld. De groep personenauto’s van rechtspersonen – zoals BV’s, NV’s, maar ook stichtingen, kerkgenootschappen, overheidsinstellingen – is complex en allerminst homogeen van aard. Bijvoorbeeld, het bevat zowel personenauto’s aangeschaft door bedrijven (‘auto’s van de zaak’ genoemd, het bedrijf is juridisch eigenaar en aansprakelijk, niet een persoon) als ook leaseauto’s. Bij leaseauto’s geldt vaak de leasemaatschappij als juridisch eigenaar, wat betekent dat deze leaseauto’s in grote aantallen in de bron BRV op de locatie van de leasemaatschappij terecht komen en niet bij de berijder van de auto.

Stap 1: bepaling van leaseauto’s en ‘auto van de zaak’

Door op kentekenniveau de bron BVR te koppelen aan het bestand ‘Wagenparkopgaven’ kan voor de personenauto’s op naam van een rechtspersoon bepaald worden of het om lease gaat. In geval van lease kan in veel gevallen bepaald worden welke bedrijf de auto gebruikt.

Stap 2: koppeling met andere bronnen

De vervolgstap is om van het bedrijf dat de auto gebruikt (zakelijke aanschaf en lease) verder te komen tot de standplaats van de eindgebruiker. Hiervoor is het kenteken gekoppeld met de overige bronnen die eerst afzonderlijk nog zijn verrijkt met hulpvariabelen. Er vindt op drie verschillende manieren een koppeling plaats met een persoon of bedrijf in de polis-administratie. Naast de polisdata is er ook gekoppeld met enquêtedata van het CBS onderzoek ‘Onderweg in Nederland’ (ODiN).

Na bovenstaande koppelslagen is van de groep kentekens die op naam staan van een bedrijf ruim een derde toegekend aan een eindgebruiker.

Stap 3: De restgroep modelmatig toewijzen

De resterende groep kentekens wordt modelmatig over de provincies verdeeld. Daarbij wordt zoveel als mogelijk gebruik gemaakt van de micro-informatie uit de beschikbare bronnen (wagenparkopgaven, polisadministratie). Aan de hand van een beslisboom worden bepaalde keuzes geforceerd. De restgroep personenauto’s op naam van een rechtspersoon is bij stap 1 opgedeeld in een restgroep naar ‘auto van de zaak’ of leasekentekens kentekens, om recht te doen aan de specifieke context van de verwerving en gebruik van een personenauto door bedrijven.
Bij de auto’s van de zaak wordt informatie over vestigingslocaties en het aantal medewerkers per vestigingslocatie gebruikt om de restgroep te verdelen over de provincies.

Bij lease auto’s wordt op bedrijfsniveau getracht de kentekens te verdelen over de woonprovincies van medewerkers van het bedrijf die bijtelling betalen, op basis van polisdata. Indien de verhouding tussen het aantal kentekens en het aantal medewerkers uit balans is wordt data over vestigingslocaties of informatie uit de wagenparkopgaven en de basisregistratie voertuigen gebruikt voor de verdeling.

Wanneer resterende kentekens geregistreerd stonden bij een leasebedrijf of autohandel is vanwege de specifieke kenmerken van deze branches voor een aparte verdeelsleutel gekozen op basis van de informatie over bijtellingsbetalers uit de polis of op basis van de wagenparkopgaven en basisregistratie voertuigen.

Controle- en correctiemethoden

Op de basisgegevens Wagenparkopgaven worden controles uitgevoerd op het kenmerk kenteken. Het komt voor dat één voertuig meermaals op het peilmoment geregistreerd staat. Er worden keuzes gemaakt om de uiteindelijke (unieke) contractant kenteken combinatie te komen. Daarbij is rekening gehouden met de juridische en operationele verstrengeling als gevolg beheer-, financierings- en administratieve activiteiten zoals die zichtbaar is in de data.

Nauwkeurigheid

De herverdeling naar provincieniveau is door de methode mogelijk geworden gegeven de kwaliteit van de bronnen.
Vanuit de basisregistratie voertuigen kan voor zo’n 89 procent van de voertuigen een locatie worden bepaald op basis van de woonprovincie van de particuliere eigenaar. Bij de overige groep, de rechtspersonen, kan zo’n 35 procent van de kentekens op basis van een koppeling aan een provincie worden toegewezen . Daarna resteert een restgroep (7 procent van het totaal) die met behulp van verdeelsleutels wordt toegewezen, met als gevolg dat de locatie minder nauwkeurig is.

Weging

N.v.t.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

De gebruikte methode en de statistische resultaten zijn getoetst aan de kennis van diverse experts op het terrein van statistiek, belastingdienst en beleid.

De resultaten worden steeds getoetst aan de cijfers over het Nederlandse park van personenauto's, de bijtellingbetalers en cijfers over de laadpaalinfrastructuur