Beschrijving van het onderzoek (G&F 2, 2015)

© ANP

Doelpopulatie

Het CBS monitort de inkoop door de Nederlandse supermarkten van duurzaam geproduceerde verse groenten en fruit uit zogenaamde BCSI-risicolanden (uit voornamelijk Afrika, Azië en Midden- en Zuid-Amerika). De productie van groenten en fruit wordt als duurzaam beschouwd als die aan bepaalde sociale en milieucriteria voldoet. De standaarden die momenteel zijn opgenomen in het monitoring protocol van Sustainability Initiative Fruit and Vegetables (SIFAV) zijn de volgende: voor de milieucriteria gaat het om Global GAP, US Organic en EU Organic en voor de sociale criteria gaat het om SA8000, ETI/Smeta, SIZA, SAN Rainforest Alliance, BSCI, IMO/Fair for Life en Fairtrade. Voor elke productcategorie moet aan beide criteria worden voldaan.

Dataverzameling

Voor de monitoring zijn door IDH inkoopcijfers geleverd van individuele supermarktketens en van inkooporganisaties die leveren aan meerdere supermarktketens. Met deze waarnemingen is bijna 93 procent van de supermarktsector gedekt. Alle gegevens betreffen het totale en het duurzame volume van de ingekochte groenten en fruit uit ontwikkelingslanden. Op de ontvangen opgaven waren al controles uitgevoerd door IDH. Bij de controles werd onder andere gekeken naar de herkomstlanden en naar de opgegeven keurmerken voor de sociale en milieucriteria van de afzonderlijke productcategorieën.

Bijschattingen en marges op de uitkomsten

Niet alle Nederlandse supermarktketens hebben deelgenomen aan het onderzoek. De ingekochte volumes verse groenten en fruit van de overige supermarkten is bijgeschat op basis van het marktaandeel voor de totale verkoop van food van deze supermarkten (Nielsen). Hierbij is aangenomen dat het prijsniveau en  het aandeel verse groenten en fruit in het foodassortiment bij deze supermarkten vergelijkbaar zijn met de supermarkten die wel hebben deelgenomen aan het onderzoek. Voor het geheel van de supermarkten bedraagt het geschatte aandeel ingekochte duurzame groenten en fruit dan 79 procent, waarbij een bandbreedte geldt voor de nauwkeurigheid  (werkelijke uitkomst kan schommelen tussen 77 en 81%).