Beloning van werkzame artsen in de zorg

Wat behelst het onderzoek

Doel

Het publiceren van cijfers over de inkomsten van in de zorgsector werkzame artsen (inclusief tandartsen) zoals deze zijn opgenomen in het BIG-register (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg) van gediplomeerde zorgverleners. De gemiddelde beloning wordt weergegeven naar type inkomen van de arts en de onderwerpen zijn loon, dividenden aanmerkelijk belang, winst uit eigen onderneming, overige arbeid en het netto gestandaardiseerd huishoudinkomen. De cijfers zijn verder uitgesplitst naar beroep, leeftijd en geslacht of naar specialisme.

Doelpopulatie

Alle medisch geschoolden met een op het peilmoment geldige BIG-registratie, en ingeschreven in de BRP (Basisregistratie Personen) en werkzaam in de zorgsector, dat wil zeggen een arbeidsbetrekking hebben in SBI Q van de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008), dit zijn SBI-codes beginnend met 86, 87 of 88.
Het gebruikte peilmoment in een verslagjaar is de laatste vrijdag voor kerst.

Statistische eenheid

Personen.

Aanvang onderzoek

2011.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

De cijfers zijn voor de laatste 2 jaren voorlopig. Voor het laatste jaar zijn bovendien de gegevens die gebaseerd zijn op belastingaangiften niet beschikbaar, de loongegevens wel. De overige jaren zijn definitieve cijfers.

Hoe wordt het onderzoek uitgevoerd

Soort onderzoek

De gegevens zijn afkomstig uit het BIG-register, beheerd door het CIBG (dienst voor registers van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport). Het BIG-register is een longitudinaal integraal bestand van gediplomeerde medisch geschoolden die gerechtigd zijn om een bepaald medisch beroep te mogen uitoefenen. De artsen uit het BIG register worden aan banen uit de polisadministratie van het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) gekoppeld en gekoppeld met de belastingaangiften over personen met inkomsten uit eigen onderneming en inkomsten uit overige arbeid.

Waarnemingsmethode

Het BIG-register wordt digitaal opgevraagd bij het CIBG, en gekoppeld met de beschikbare gegevens uit het Sociaal Statistisch Bestand (SSB).

Databronnen

BIG: Het vastleggen van de bevoegdheid van een persoon tot het uitoefenen van een beroep in de individuele gezondheidszorg gebeurt in het BIG-register. Het aanleggen van het BIG-register is een taak van de overheid die voortkomt uit de Wet BIG (Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg). Het gaat om deze beroepen: apothekers, artsen, fysiotherapeuten, gezondheidszorgpsychologen, psychotherapeuten, tandartsen, verloskundigen, verpleegkundigen.

Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008): De Nederlandse hiërarchische indeling van economische activiteiten die door het CBS wordt gebruikt om bedrijfseenheden in te delen naar hun hoofdactiviteit. De SBI 2008 is de versie die vanaf 2008 gebruikt wordt. 'Bedrijfstak' of 'branche' zijn gangbare termen voor groepen van bedrijven met dezelfde hoofdactiviteit. Het CBS hanteert voor de indeling van bedrijven naar hoofdactiviteit de zogenoemde Standaard Bedrijfsindeling (SBI). Bedrijven in een bedrijfstak of branche kunnen naast deze activiteit ook andere activiteiten (nevenactiviteiten) uitoefenen. De SBI 2008 kent meerdere niveaus die aangegeven worden door maximaal vijf cijfers. Het niveau van vier cijfers komt vrijwel overeen met de indeling van de uropese Unie (NACE). De eerste twee cijfers komen overeen met die van de indeling van Verenigde Naties (ISIC).

Algemeen Bedrijvenregister (ABR): Voor het bepalen van de SBI van zelfstandigen en de SBI van de bedrijven waar werknemers in loondienst zijn wordt gebruik gemaakt van het Algemeen Bedrijvenregister van het CBS, welke gebaseerd is op het Handelsregister (HR).

SSB: Het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden (SSB) van het CBS. Het SSB is een stelsel van onderling koppelbare bestanden van het CBS met gegevens op persoonsniveau. Het SSB bevat de belangrijkste demografische en sociaaleconomische gegevens over inwoners van Nederland. Om de werkgelegenheid in de zorg in kaart te brengen zijn ook gegevens uit het register over beroepen in de individuele gezondheidszorg (BIG-register) in het SSB opgenomen. Uit het SSB zijn de banenbestanden op basis van de polisadministratie van het UWV gebruikt, gecombineerd met de informatie van de belastingdienst over personen met inkomsten uit eigen onderneming, over dividenden aanmerkelijk belang en over personen met inkomsten uit overige arbeid.

Steekproefomvang

Er is geen sprake van een steekproef. De gehele populatie wordt waargenomen.

Controle- en correctiemethoden

Artsen uit het BIG-register zijn geselecteerd met op de peildatum (laatste vrijdag voor kerst) een geldige inschrijving. Vervolgens worden die artsen geselecteerd die op de peildatum werk in loondienst of als zelfstandige hebben in de zorgsector (SBI-codes beginnend met 86, 87 of 88). Als artsen meer dan 1 beroep hebben wordt er één hoofdberoep gekozen. Uit de polisadministratie worden de jaarlonen van alle banen behorende bij de persoon gesommeerd. Ook volgt uit de polisadministratie of de persoon op de peildatum een baan als DGA (Directeur Grootaandeelhouder) heeft. Een DGA is een op de peildatum BIG-geregistreerde arts die eigenaar is van een bedrijf die ook de functie heeft van directeur. Het inkomen van een DGA bestaat uit DGA loon en winstuitkering (dividend uit aanmerkelijk belang). Het DGA loon wordt meegeteld in de loon variabelen.

Winsten van zelfstandigen zijn niet altijd bekend omdat de belastingaangifte kan worden uitgesteld. De winsten van het verslagjaar, en in beperkte mate van voorlopige aanslagen of teruggaven, zijn gebruikt bij het berekenen van de gemiddelde winst. Winsten van zelfstandigen die onbekend waren zijn geïmputeerd op basis van een weegmodel van leeftijd x geslacht x type arts x specialisme x type inkomen.

De dividenden aanmerkelijk belang van een DGA kunnen ook worden geboekt bij de fiscale partner. Het CBS heeft daarom een correctie doorgevoerd: de dividenden aanmerkelijk belang worden naar huishouden geaggregeerd en vervolgens naar rato van DGA-loon aan de personen in het huishouden toegewezen. Het kan echter voorkomen dat er dividenden uit aanmerkelijk belang worden verkregen uit een andere onderneming; dit kan ook buiten de zorg zijn en kan ook zonder DGA te zijn. Indien in het huishouden dan wel een arts-DGA aanwezig is worden alle dividenden aanmerkelijk belang voor dat huishouden aan de DGA toegewezen.Het gecorrigeerde dividend aanmerkelijk belang kan dus iets hoger zijn dan puur de dividenden uit artsen BV’s.

Het gemiddelde loon per voltijdequivalent (vte) wordt bepaald op basis van personen die minstens 42 voltijddagen per jaar werkten. Deeltijdfactoren groter dan 1 worden op 1 gezet. Wanneer het aantal voltijddagen in de loop van de tijd veel groter of kleiner is dan verwacht op basis van eerdere jaren terwijl het salaris ongeveer gelijk blijft, dan worden deze voltijddagen niet meegeteld in het gemiddelde. Deze correcties hebben onder andere te maken met onnauwkeurigheden in de data van de polisadministratie.

Omdat het bepalen van het type inkomen van een arts op peildatum gebeurt, is het heel goed mogelijk dat er in het gehele jaar een ander inkomen is verkregen dan bij dat type hoort. Zo kan een DGA die eind december DGA is eerder dat jaar nog winst als zelfstandige hebben gehad. Daarnaast is het ook mogelijk om meerdere banen naast elkaar te hebben. In de tabel kunnen daardoor alle typen artsen alle soorten inkomsten hebben. Dit is bijvoorbeeld te zien bij de categorie ‘alleen zelfstandige (excl. DGA)’, waar ‘Gemiddeld jaarloon incl. bijzondere beloning’ niet leeg is (wat betekent dat. het cijfer kan op logische gronden niet voorkomen) maar een puntje bevat.
Het afronden van aantal werkzame artsen gebeurt op 100-tallen. De bedragen worden uitgedrukt in 1.000 euro met 1 decimaal. Wanneer het aantal werkzame artsen in een bepaalde categorie minder is dan 100, wordt het gemiddelde inkomen een puntje (het cijfer is onvoldoende betrouwbaar).

Weging

N.v.t.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

De cijfers geven de geregistreerde werkelijkheid weer. Doordat niet alle medisch geschoolden koppelbaar zijn met andere CBS-gegevens, bestaat de mogelijkheid dat de weergegeven aantallen medisch geschoolden enigszins lager zijn dan andere publicaties op basis van het BIG-register. Voorts zit er enige vertraging in de aanlevering vanuit beroepsverenigingen aan het CIBG, waardoor voor het meest recente publicatiejaar de gepubliceerde cijfers van enkele medische beroepen iets lager zijn dan het werkelijke aantal medisch geschoolden in deze beroepen. Verder is de nauwkeurigheid van de gepubliceerde cijfers afhankelijk van de kwaliteit van de brongegevens waaruit het Sociaal Statistisch Bestand is opgebouwd. De cijfers zijn afgerond op honderdtallen. Deze afronding heeft een effect op de (sub)totalen in de tabel: deze (sub)totalen komen in een aantal gevallen niet overeen met de som van de onderliggende waarden.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

In 2015 is de integrale bekostiging in ziekenhuizen ingevoerd en dat heeft voor verschuivingen in de arbeidsbetrekkingen van artsen gezorgd. Het aantal medisch specialisten met alleen winst uit een maatschap is in 2015 met circa 3 duizend artsen afgenomen tot 2200 en de gemiddelde winsten van deze groep zijn 11% gedaald.

Voor dividenden aanmerkelijk belang geldt dat het belastingtarief per jaar kan verschillen, zo was in 2014 sprake van een ‘tax holiday’ waarin het box-2 tarief tijdelijk 22% was in plaats van 25%. Dat dit voor extra opnames van dividend heeft gezorgd bij BV’s van medisch specialisten in 2014 is duidelijk te zien in de cijfers, het is gemiddeld een ton meer per arts dan in 2015 (voor 2013, 2014, 2015 respectievelijk 23 duizend, 108 duizend en 7 duizend gemiddelde dividenden aanmerkelijk belang).

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Door het CBS worden de gebruikelijke controles uitgevoerd op volledigheid en juistheid van de aangeleverde gegevens.