Barometer Culturele Diversiteit - algemene variant
Wat behelst het onderzoek
Doel
Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft het CBS de Barometer Culturele Diversiteit ontwikkeld. Individuele organisaties vanaf 250 werknemers kunnen op eigen initiatief gebruik maken van de Barometer Culturele Diversiteit. De Barometer Culturele Diversiteit geeft individuele organisaties inzicht in de herkomstverdeling van de eigen werknemers, zonder dat individuen herkenbaar zijn in de cijfers.
Naast deze ‘algemene variant’, waarbij organisaties inzicht krijgen in de herkomstverdeling voor de organisatie als geheel, bestaat ook de ‘ingezoomde variant’, waarbij de herkomstverdeling bepaald wordt voor subgroepen binnen de organisatie, zoals per organisatieonderdeel of functiegroep.
Om de cijfers over de eigen organisatie te duiden, kan gebruik gemaakt worden van het dashboard met periodieke statistieken over culturele diversiteit op de arbeidsmarkt, dat het CBS op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gemaakt heeft.
Doelpopulatie
Alle banen die in de Polisadministratie van het peiljaar voorkomen onder de loonheffingennummers die de organisatie aan het CBS geleverd heeft. Dit betekent dat werknemers met meerdere contracten binnen de organisatie vaker geteld worden. Daarbij kiest de organisatie zelf welke loonheffingennummers worden meegenomen in het onderzoek. Dit kan betekenen dat niet alle werknemers worden meegenomen. Zo kiezen organisaties zelf om externen wel of niet mee te nemen. De organisatie is verantwoordelijk voor transparantie over deelname aan het onderzoek richting de medewerkers.
Werknemers voor wie het CBS de herkomst niet kan afleiden zijn niet meegenomen in de uitkomsten. Dit betreft minder dan <0,001% van de werknemers die voorkomen in de Polisadministratie.
Statistische eenheid
Banen van werknemers.
Aanvang onderzoek
Vanaf 1 juli 2020 kunnen organisaties deelnemen aan de Barometer Culturele Diversiteit.
Frequentie
De Barometer Culturele Diversiteit is een doorlopend onderzoek. Daarbij bepaalt een organisatie zelf of en hoe vaak ze hieraan deelnemen.
Publicatiestrategie
Vanaf een half jaar na het verslagjaar zijn voorlopige cijfers van de Polisadministratie beschikbaar. Definitieve cijfers zijn ongeveer een jaar later beschikbaar. De organisatie kiest of het de voorlopige cijfers of definitieve Polisadministratiegegevens gebruikt.
Hoe wordt het uitgevoerd
Soort onderzoek
Integrale waarneming; alle banen van werknemers in de doelpopulatie worden meegenomen in het onderzoek.
Waarnemingsmethode
De organisatie levert het CBS de loonheffingennummers van de eigen organisatie. Op basis hiervan selecteert het CBS uit de Polisadministratie de bijbehorende werknemers. Via deze pseudosleutel verrijkt het CBS de gegevens met informatie over de herkomst van de medewerkers van de medewerkers, die op haar beurt is afgeleid uit gegevens uit de Basisregistratie Personen (BRP). De Registratie Niet-Ingezetenen (RNI) is een onderdeel van de BRP. Wanneer een werknemer niet in de BRP voorkomt, hetgeen geldt voor niet-ingezetenen die ook niet in de RNI zijn opgenomen, is de herkomst geschat met op basis van aanvullende bronnen, waarvan de Polisadministratie de belangrijkste is.
Berichtgevers
Via de Belastingdienst en het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) ontvangt het CBS de Polisadministratie. Informatie uit de BRP ontvangt het CBS via Gemeentelijke Basisadministratie Personen Verstrekkingsvoorziening (GBA-V), onderdeel van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Steekproefomvang
N.v.t.
Controle- en correctiemethoden
De organisatie is verantwoordelijk voor het aanleveren van correcte loonheffingennummers. Wel voert het CBS een aantal controles uit, onder andere of het door de organisatie opgegeven aantal werknemers in lijn is met de gegevens uit de Polisadministratie.
Weging
N.v.t.Wat is de kwaliteit van de uitkomsten
Nauwkeurigheid
Zowel de BRP als de Polisadminstratie zijn van hoge kwaliteit. Daarbij dient men zich te realiseren dat in registers fouten kunnen voorkomen.
Volgtijdelijke vergelijkbaarheid
Bij aanvang van de Barometer werd de herkomst van werknemers uitgedrukt in het aandeel werknemers met een Nederlandse achtergrond, westerse en niet-westerse migratieachtergrond. Vanaf medio 2022 wordt deze indeling vervangen door de indeling naar herkomstland Nederland, Europa (exclusief Nederland) en Buiten-Europa. Uitkomsten in deze indeling naar herkomstland zijn niet direct vergelijkbaar met de voormalige indeling naar migratieachtergrond. Op deze pagina vindt u een toelichting op de nieuwe indeling naar herkomstland die voor de Barometer gebruikt wordt en een analyse van de verschillen met de voormalige indeling naar migratieachtergrond.