Balansgegevens van financiële instellingen

Wat behelst het onderzoek

Doel

Het beschrijven van de ontwikkelingen in de balansen van financiële instellingen. Dit gebeurt op een manier die grotendeels aansluit op de begrippen van de Nationale rekeningen. Na de in 2014 doorgevoerde revisie in de Nationale rekeningen zijn er 3 verschillen:

  1. de Nationale rekeningen kennen minder reeksbreuken als gevolg van een andere revisiestrategie. Vanaf 30 juni 2016 wordt voor de cijfers vanaf 2008 aangesloten op het nieuwe revisie- en publicatiebeleid van de Nationale rekeningen;
  2. buitenlands direct vastgoed maakt in de Nationale rekeningen deel uit van de post aandelen en overige deelnemingen;
  3. de Nationale rekeningen gebruiken een ander waarderingssysteem voor de niet-financiële activa, waaronder direct vastgoed.

Doelpopulatie

De financiële instellingen zijn bedrijven en instellingen met als hoofdfunctie financiële intermediatie en/of het verlenen van financiële hulpdiensten. De financiële instellingen spelen een bemiddelende rol tussen partijen die voor kortere of langere tijd financiële middelen ter beschikking hebben en partijen die behoefte hebben aan extra financiële middelen. De financiële instellingen worden verdeeld in institutionele beleggers, monetaire financiële instellingen, de financiële instellingen binnen concernverband en overige financiële instellingen.

Statistische eenheid

De statistische eenheid is de onderneming. De onderneming is zelfstandig op het gebied van financiering, dit betekent dat de onderneming zelf activa kan bezitten en schulden aan kan gaan.

Aanvang onderzoek

De tabel bevat cijfers vanaf 1998.

Frequentie

Per jaar.

Publicatiestrategie

Vanaf 30 juni 2016 wordt aangesloten op het nieuwe revisie- en publicatiebeleid van de Nationale rekeningen. Het meest recente jaar betreft voorlopige cijfers, deze worden zes maanden na de verslagperiode gepubliceerd. Tegelijkertijd worden de cijfers van het voorgaande jaar bijgesteld en de overige cijfers vanaf 2008 gereviseerd. De bijstellingen en revisies zijn voornamelijk gebaseerd op verbeterde bronnen.
Achteraf ontdekte fouten kunnen altijd worden hersteld, ook als de cijfers al definitief gemaakt zijn.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

Het onderzoek maakt gebruik van registraties van De Nederlandsche Bank (DNB) en van jaarverslagen. De registraties van DNB betreffen zowel jaar- als kwartaalrapportages van de bij haar onder toezicht staande financiële instellingen en over DNB zelf. Voor een belangrijk deel gebeurt dit overigens door gebruik te maken van de cijfers van de sectorrekeningen uit de Nationale rekeningen.

Waarnemingsmethode

DNB maakt gebruik van enquêtering, vooral elektronisch. Jaarverslagen worden zoveel als mogelijk via internet verzameld, en verder bij de berichtgevers opgevraagd. Een klein deel wordt verkregen bij de Kamer van Koophandel.

Berichtgevers

Voor DNB als onderdeel van de monetaire financiële instellingen bestaat de hoofdbron uit de kwartaalrapportage die aan het CBS ter beschikking wordt gesteld voor de kwartaalsectorrekeningen. Als aanvullende bron wordt de jaarrekening uit het jaarverslag van DNB gebruikt. Voor de overige monetaire financiële instellingen bestaat de hoofdbron uit het sociaaleconomische toezicht van DNB.
Voor pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen als onderdeel van de institutionele beleggers bestaat de hoofdbron tot 2008 uit het jaartoezicht van DNB. Vanaf 2008 is de kwartaalstatistiek betreffende balansgegevens van pensioenfondsen en verzekeraars van DNB de hoofdbron.
Voor beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen als onderdeel van de institutionele beleggers bestaat de hoofdbron uit de kwartaalstatistiek van DNB betreffende de balans van beleggingsinstellingen.
Voor de financiële instellingen binnen concernverband levert DNB gegevens over de bijzondere financiële instellingen. Voor de overige financiële instellingen levert DNB gegevens voor het deel van de populatie dat dochter is van een geldscheppende financiële instelling en voor de special purpose vehicles. De bron voor het resterende deel van de financiële instellingen binnen concernverband en de overige financiële instellingen bestaat uit jaarverslagen.

DNB publiceert cijfers van de genoemde bronnen, dit met toelichting van methodologie en werkwijze, op zijn website (www.dnb.nl).

Steekproefomvang

Voor monetaire financiële instellingen gebruikt DNB een steekproef waarbij ervoor wordt gezorgd dat 95 procent van het balanstotaal in de waarneming valt. Deze gegevens zijn tot 100% opgehoogd op basis van een kwartaalrapportage van de restgroep van monetair financiële instellingen.

Van de populatie uit de kwartaalstatistiek betreffende balansgegevens van pensioenfondsen en verzekeraars van DNB zit 90 procent van het balanstotaal in de waarneming.
Voor beleggingsinstellingen gebruikt DNB een steekproef waarbij ervoor wordt gezorgd dat 95 procent van het balanstotaal in de waarneming valt.

Controle- en correctiemethoden

DNB verzorgt de kwaliteit van de waarneming van haar toezichtsrapportages. Als de cijfers minder of niet waarschijnlijk zijn, wordt door overleg met deskundigen bij DNB geprobeerd zoveel mogelijk informatie te verkrijgen.
De analyse van de bronnen bevat meerdere controles. Enkele voorbeelden zijn controles of de gegevens aansluiten op die van vorig jaar, of de totale activa en passiva aan elkaar gelijk zijn, of de diverse publicatietabellen dezelfde cijfers geven voor bij voorbeeld het balanstotaal.

Weging

Niet van toepassing.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

Kwalitatief goede bronnen en een beperkte ophoging vormen aanwijzingen voor een hoge nauwkeurigheid. Verder geldt dat een groot deel van de bronnen rechtstreeks kan worden vertaald naar de gebruikte begrippen. Een laatste aanwijzing voor de hoge nauwkeurigheid betreft het feit dat DNB slechts beperkt correcties doorvoert in de cijfers van de kwartaalrapportages van pensioenfondsen, verzekeraars en beleggingsinstellingen.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

In verband met de in 2014 doorgevoerde revisie van de Nationale rekeningen zijn deze tabel en alle tabellen over institutionele beleggers stopgezet en vervangen door nieuwe tabellen onder dezelfde naam. In de nieuwe tabellen sluiten de cijfers vanaf 2008 na revisie aan op de Nationale rekeningen zoals gereviseerd in 2014. De cijfers tot en met 2008 voor revisie zijn in de nieuwe tabellen gelijk aan die in de stopgezette tabellen. Wel zijn de definities in de nieuwe tabellen aangepast zodat deze aansluiten bij de tabel Sectorrekeningen; financiële balansen en transacties naar sectoren.
Vanaf 30 juni 2016 wordt aangesloten op het nieuwe revisie- en publicatiebeleid van de Nationale rekeningen. In juni 2017 wordt 2016 toegevoegd en de cijfers vanaf 2008 bijgesteld en gereviseerd.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Een strakke planning, overleg met DNB en een stelsel van goede werkbeschrijvingen vormen de belangrijkste elementen van het bewaken van een goede kwaliteit.