Spaarvormen, stand 31 december
Wat behelst het onderzoek
Doel
Bij deze statistiek wordt een kwantitatieve beschrijving gegeven voor de volgende spaarvormen:
- Internetsparen;
- Telefonisch sparen;
- Jeugdsparen;
- Spaarloon;
- Spaarbrieven/-biljetten op naam;
- Banksparen voor pensioenopbouw
Doelpopulatie
Alle spaarrekeningen per 31 december van natuurlijke personen en verenigingen en stichtingen zonder zakelijk doel bij financiële instellingen (banken) in Nederland.
Statistische eenheid
Spaarrekeningen van natuurlijke personen en verenigingen en stichtingen zonder zakelijk doel. Als variabelen worden het aantal rekeningen en het totaal gespaarde bedrag op deze rekeningen gepubliceerd.
Aanvang onderzoek
2003.
Frequentie
Jaarlijks.
Publicatiestrategie
Alle cijfers zijn bij eerste publicatie definitief. De cijfers betreffen de stand op 31 december. Als er toch wijzigingen zijn, is dit het gevolg van het beschikbaar komen van nieuwe of geactualiseerde gegevens.
Hoe wordt het uitgevoerd
Soort onderzoek
Steekproef. De steekproef wordt gehouden onder een vast panel van banken die meer dan 95 procent van het balanstotaal van alle banken uitmaken.
Waarnemingsmethode
De banken ontvangen elektronisch een enquêteformulier.
Berichtgevers
De berichtgevers zijn instellingen (banken) die deel uitmaken van het door de Nederlandsche Bank gehouden Register van de Wet op het Financieel Toezicht (Wft), als bedoeld in artikel 52, eerste lid van de Wet toezicht kredietwezen (Wtk 1992) . In de steekproef worden alleen de banken opgenomen die een rapportageverplichting hebben aan De Nederlandsche Bank.
Steekproefomvang
De steekproef wordt gehouden onder een vast panel van banken die meer dan 95% van het balanstotaal van alle banken uitmaken.
Controle- en correctiemethoden
Na ontvangst van de gegevens wordt er gecontroleerd op volledigheid en plausibiliteit. Op basis van deze controle kan er contact worden opgenomen met berichtgevers om ontbrekende gegevens op te vragen of om na te gaan of de aangeleverde gegevens juist zijn.
De ontvangen gegevens worden vervolgens overgenomen en getotaliseerd. Aangezien het gebruikte panel van banken bijna 100 procent van het balanstotaal van alle banken uitmaakt, is er voor gekozen om geen ophoging toe te passen.
Het totaal van de spaarvormen is gelijk aan de stand aan het eind van het jaar die vermeld wordt in de tabel Spaartegoeden. De gegevens uit de tabel Spaartegoeden worden verkregen van De Nederlandsche Bank (DNB). Het CBS hanteert een andere ophoogmethode dan DNB, waardoor de gepubliceerde spaarcijfers van beide instanties van elkaar verschillen.
Weging
N.v.t.