Nederlandse energiehuishouding (NEH)

Wat behelst het onderzoek?

Doel

Inzicht verschaffen in het geheel aan energiestromen in Nederland. De Nederlandse energiehuishouding betreft enerzijds de winning, de in- en uitvoer en de voorraadmutatie en anderzijds het energieverbruik.

Doelpopulatie

In Nederland gevestigde bedrijven - die energiedragers verwerken, opslaan of verhandelen -, huishoudens en vervoer.

Statistische eenheid

Het CBS onderhoudt een eigen bedrijvenregister waarin de Nederlandse bedrijven en ondernemingen worden beschreven als statistische eenheden. Binnen dit Algemeen Bedrijvenregister (ABR) wordt er voor een bedrijf een zogenoemde bedrijfseenheid afgeleid en vastgelegd. Het ABR is de basis voor de populatieafbakening en steekproeftrekking van veel bedrijfseconomische statistieken, waaronder de energiestatistieken.

Aanvang onderzoek

Een aantal kerncijfers vanaf 1946. De complete energiebalans, met uitsplitsingen naar een groot aantal sectoren en energiedragers is beschikbaar vanaf 1990.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

Energiebalans; aanbod, omzetting en verbruik

  • Voorlopige kerncijfers: maart/april van het jaar volgend op het verslagjaar.
  • Nader voorlopige cijfers: juni/juli van het jaar volgend op het verslagjaar.
  • Definitieve cijfers: november/december van het tweede jaar volgend op het verslagjaar.

Hoe wordt het uitgevoerd?

Soort onderzoek

De gegevens komen van energiebedrijven en energieafnemers uit in principe grootteklasse 5 t/m 9. Aan elk bedrijf wordt een fysieke balans van energiedragers gevraagd. Daarnaast wordt er gebruikgemaakt van registraties.

Waarnemingsmethode

De waarneming vindt plaats via de volgende enquêteformulieren die digitaal kunnen worden ingevuld:

  • Winning, omzetting en verbruik van energie, maand- en jaarenquêtes 
  • Energieverbruik in de industrie, jaarenquête 
  • Aardoliegrondstoffen en –producten, maandenquête 
  • Hernieuwbare energie: verkochte installaties

Daarnaast wordt er gebruikgemaakt van registraties die onder andere afkomstig zijn van:

  • TenneT: in- en uitvoer van elektriciteit
  • TNO: winning van aardolie en aardgas
  • GasUnie Transport Services (GTS): winning, invoer en uitvoer van aardgas
  • Zebra: invoer van aardgas Netbeheerders: levering van elektriciteit en aardgas, productie van elektriciteit door gasmotoren in de landbouw
  • CertiQ: productie van hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte
  • Vertogas: productie van groen gas
  • Rijkwaterstaat Leefomgeving: Energiebalans afvalverbrandingsinstallaties en stortplaatsen
  • Landbouweconomisch Instituut: inkoop van warmte en olieproducten•
  • CBS-Internationale handel: in- en uitvoer van energiedragers

Berichtgevers

Dit zijn in Nederland gevestigde bedrijven - die energiedragers verwerken, opslaan of verhandelen - , huishoudens en vervoer.

Steekproefomvang

Circa 4 000 bedrijfseenheden, naast de informatie uit registraties.

Controle- en correctiemethoden

  • Per berichtgever moet de energiebalans in evenwicht zijn. Op nationaal niveau mag het verschil tussen aanbod en verbruik niet te groot zijn.
  • De beginvoorraad van de huidige periode moet gelijk zijn aan de eindvoorraad van de vorige periode.
  • De individuele en geaggregeerde cijfers ondergaan een plausibiliteitscontrole door vergelijking met de vorige periode en met de overeenkomstige perioden van voorgaande jaren.
  • Waar mogelijk worden resultaten vergeleken met andere cijfers van het CBS (zoals bijvoorbeeld de statistiek internationale handel in goederen) of buiten het CBS (Nederlandse emissie-autoriteit voor energieverbruik gerelateerd aan CO2 emissies, TNO voor opslag en winning van aardgas, KNMI voor weerdata).

Weging

Binnen de industrie is sprake van een integrale waarneming onder grote bedrijven, een steekproef onder middelgrote en een bijschatting van de kleine. Bij ophoging wordt gebruikgemaakt van het aantal werkzame personen als hulpvariabele.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten?

Nauwkeurigheid

De energiebalans wordt gepresenteerd in Petajoule (PJ) met een cijfer achter de komma. Fenomenen met een kleinere omvang worden niet of niet nauwkeurig waargenomen. De nauwkeurigheid van de cijfers is lastig kort kwantitatief samen te vatten. Voor sommige belangrijke energiedragers (gasolie, elektriciteit en aardgas) wordt een statistisch verschil gepubliceerd. De omvang van het statistisch verschil is te beschouwen als een maat van onzekerheid in totale vraag of totaal aanbod, doorgaans maximaal 2 procent.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De cijfers zijn wat definities betreft onderling vergelijkbaar. Daarnaast is er bij de publicatie van de cijfers rekening gehouden met de verandering van de verschillende bedrijfstakken, respectievelijk SBI’93 en SBI2008.

Afgelopen jaren hebben er diversie revisies plaatsgevonden waardoor cijfers vanaf 1990 tot op heden goed vergelijkbaar zijn. De revisies zijn niet doorgevoerd voor de jaren voor 1990. De vergelijkbaarheid van jaren voor en na 1990 is dus minder goed.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Het CBS volgt de internationale kwaliteitseisen voor energiegegevens, conform de Energy Statistics Manual van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) en Eurostat en de interne kwaliteitsstrategie zoals vastgelegd via ISO.