Economie groeit in tweede kwartaal 2024 met 1 procent
Na het dieptepunt halverwege 2020 trad een krachtig herstel op van de economie en groeide het bbp tot medio 2022 onafgebroken. Toen volgden bijna 2 jaar van krimp en stagnatie. In het tweede kwartaal 2024 was het bbp per saldo echter weer iets hoger dan in het tweede kwartaal van 2022.
Jaar | Kwartaal | Index (2021=100) |
---|---|---|
2019 | 3e kwartaal | 98,2 |
2019 | 4e kwartaal | 98,3 |
2020 | 1e kwartaal | 97,2 |
2020 | 2e kwartaal | 89,1 |
2020 | 3e kwartaal | 95 |
2020 | 4e kwartaal | 95,4 |
2021 | 1e kwartaal | 96,2 |
2021 | 2e kwartaal | 99,9 |
2021 | 3e kwartaal | 101,8 |
2021 | 4e kwartaal | 102 |
2022 | 1e kwartaal | 103 |
2022 | 2e kwartaal | 105,7 |
2022 | 3e kwartaal | 105,7 |
2022 | 4e kwartaal | 105,6 |
2023 | 1e kwartaal | 105,4 |
2023 | 2e kwartaal | 105,2 |
2023 | 3e kwartaal | 104,8 |
2023 | 4e kwartaal | 105 |
2024 | 1e kwartaal | 104,7 |
2024 | 2e kwartaal | 105,8 |
Alle cijfers in dit bericht betreffen volumecijfers. Dat wil zeggen dat ze zijn gecorrigeerd voor prijsveranderingen.
Export, consumptie overheid en investeringen groeien
De uitvoer van goederen en diensten steeg in het tweede kwartaal van 2024 met 1,3 procent ten opzichte van het eerste kwartaal van 2024. Vooral de uitvoer van chemische producten, voedings- en genotmiddelen, en machines en apparaten nam toe. De invoer van goederen en diensten steeg met 0,4 procent minder hard. Het handelsoverschot droeg het meest positief bij aan de economische groei in het tweede kwartaal.
De consumptie van de overheid groeide met 1,0 procent. De overheid gaf vooral meer uit aan de zorg, het openbaar bestuur en de opvang van asielzoekers. De investeringen in vaste activa stegen met 0,4 procent. Vooral de investeringen in vervoermiddelen, woningen en machines namen toe.
De consumptie door huishoudens daalde in het tweede kwartaal van 2024 met 1,0 procent ten opzichte van het eerste kwartaal. Huishoudens hebben minder besteed, gecorrigeerd voor prijsveranderingen, aan voedings- en genotmiddelen en energie. Daarnaast hebben ze ook minder uitgegeven in de horeca.
2024-II (%-verandering t.o.v. kwartaal eerder) | 2024-I (%-verandering t.o.v. kwartaal eerder) | |
---|---|---|
Bruto binnenlands product | 1 | -0,3 |
Invoer goederen en diensten | 0,4 | -0,6 |
Uitvoer goederen en diensten | 1,3 | -1,4 |
Consumptie overheid | 1 | 0 |
Investeringen in vaste activa | 0,4 | 0,8 |
Consumptie huishoudens | -1 | 0,5 |
Industrie groeit
De toevoegde waarde (het verschil tussen productie en verbruik van energie, materialen en diensten) van de industrie steeg in het tweede kwartaal van 2024 met 3,3 procent het hardst. In het eerste kwartaal van 2024 daalde de toegevoegde waarde echter met hetzelfde percentage. Ten opzichte van een jaar eerder was de toegevoegde waarde van de industrie in het tweede kwartaal 0,6 procent kleiner. Naast de industrie hadden ook de zakelijke dienstverlening, de handel, de overheid en de sector cultuur,sport en recreatie een positieve bijdrage aan de groei in het tweede kwartaal van 2024.
2024-II (%-verandering t.o.v. kwartaal eerder) | 2024-I (%-verandering t.o.v. kwartaal eerder) | |
---|---|---|
Industrie | 3,3 | -3,3 |
Cultuur, sport, recreatie en overige diensten | 2,6 | -1,3 |
Zakelijke dienstverlening | 1,5 | 0,6 |
Bouwnijverheid | 0,9 | -3 |
Handel, horeca, vervoer en opslag | 0,8 | 0,3 |
Overheid, onderwijs en zorg | 0,8 | -0,2 |
Informatie en communicatie | 0,6 | -0,1 |
Water en afval | 0,3 | 2,3 |
Delfstoffenwinning | 0 | -2,7 |
Verhuur en handel onroerend goed | -0,1 | 0,6 |
Landbouw, bosbouw en visserij | -0,7 | -1 |
Energiebedrijven | -0,9 | 10,9 |
Financiële instellingen | -1,2 | -1,1 |
Economie Europese Unie groeit met 0,3 procent
De groei van de Nederlandse economie met 1,0 procent valt deze keer positief op in vergelijking met de economische ontwikkeling van de belangrijkste handelspartners. In het eerste kwartaal van 2024 presteerde de Nederlandse economie slechter dan die van de belangrijkste handelspartners.
De economie van de hele Europese Unie (EU) groeide in het tweede kwartaal van 2024 met 0,3 procent ten opzichte van een kwartaal eerder. In Frankrijk en België steeg het bpp met respectievelijk 0,3 en 0,2 procent. Het bbp van Duitsland, onze belangrijkste handelspartner, daalde echter met 0,1 procent. In de grootste economie van de wereld, de VS, groeide de economie in het tweede kwartaal met 0,7 procent.
Omvang economie 0,8 procent groter dan in het tweede kwartaal 2023
De Nederlandse economie was in het tweede kwartaal 0,8 procent groter dan in het tweede kwartaal van 2023. De stijging van het handelssaldo en de toename van de overheidsconsumptie droegen het meest bij aan de groei. De zakelijke dienstverlening en de overheid waren de bedrijfstakken met de meest positieve bijdrage aan de economische ontwikkeling ten opzichte van een jaar eerder.
Jaar | Kwartaal | (%-verandering t.o.v. jaar eerder) |
---|---|---|
2019 | 3e kwartaal | 2,4 |
2019 | 4e kwartaal | 2,3 |
2020 | 1e kwartaal | -0,2 |
2020 | 2e kwartaal | -8,8 |
2020 | 3e kwartaal | -3,3 |
2020 | 4e kwartaal | -2,9 |
2021 | 1e kwartaal | -1,1 |
2021 | 2e kwartaal | 11,8 |
2021 | 3e kwartaal | 7 |
2021 | 4e kwartaal | 7,6 |
2022 | 1e kwartaal | 6,9 |
2022 | 2e kwartaal | 5,7 |
2022 | 3e kwartaal | 3,7 |
2022 | 4e kwartaal | 3,8 |
2023 | 1e kwartaal | 1,9 |
2023 | 2e kwartaal | -0,3 |
2023 | 3e kwartaal | -0,7 |
2023 | 4e kwartaal | -0,5 |
2024 | 1e kwartaal | -0,6 |
2024 | 2e kwartaal | 0,8 |
Eerste berekening
De eerste berekening, 45 dagen na afloop van een kwartaal, wordt gepubliceerd op basis van de dan beschikbare informatie. Hiermee geeft het CBS een eerste beeld van de stand van de Nederlandse economie. Na deze eerste berekening komt voortdurend meer informatie beschikbaar over de Nederlandse economie, die vervolgens wordt verwerkt in nieuwe berekeningen. De tweede berekening van de economische groei maakt het CBS bekend op maandag 23 september.
De absolute bijstelling van de tweede berekening ten opzichte van de eerste berekening was de afgelopen vijf jaar (2019-2023) gemiddeld 0,1 procentpunt. De twee uitersten bedroegen -0,3 en 0,7 procentpunt, allebei in 2021.
Bij elke nieuwe berekening bepaalt het CBS ook de nieuwe seizoengecorrigeerde cijfers van de eerder gepubliceerde kwartalen. Zo zijn de groeicijfers van het eerste kwartaal van 2024 en het vierde kwartaal van 2023 bijgesteld met 0,2 procentpunt.
Bronnen
- StatLine - Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, mutaties, nationale rekeningen
- StatLine - Arbeidsvolume en werkzame personen, kwartalen; nationale rekeningen
Relevante links
- Achtergrond - Bijstellingen nationale rekeningen: algemeen overzicht
- Dossier - Conjunctuur