Werkloosheid in mei gedaald naar 3,6 procent

Over dit onderwerp zijn nieuwere cijfers beschikbaar. Bekijk de laatste cijfers.
© ANP / Patricia Rehe
Het aantal werklozen is in de afgelopen drie maanden afgenomen met gemiddeld 4 duizend per maand. Daarmee waren in mei 367 duizend mensen werkloos, dat is 3,6 procent van de beroepsbevolking. In april was dat nog 3,7 procent. Het werkloosheidspercentage schommelt sinds de zomer van 2023 rond de 3,6. Het aantal werkenden is toegenomen. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers. UWV registreerde eind mei 171 duizend lopende WW-uitkeringen, 500 meer dan eind april.

Werkloosheid en WW-uitkeringen
   Werkloosheidsindicator (ILO) (15 tot 75 jaar, seizoengecorrigeerd) (x 1 000)WW-uitkeringen (15 jaar tot AOW-leeftijd) (x 1 000)
2017januari588419
2017februari582416
2017maart571415
2017april563401
2017mei564386
2017juni555372
2017juli544364
2017augustus534362
2017september529351
2017oktober511343
2017november504337
2017december503330
2018januari487335
2018februari474330
2018maart465327
2018april463314
2018mei460301
2018juni463288
2018juli458279
2018augustus463278
2018september451274
2018oktober444269
2018november433267
2018december437263
2019januari437279
2019februari419274
2019maart416268
2019april409257
2019mei411251
2019juni423243
2019juli424234
2019augustus432237
2019september432233
2019oktober432233
2019november434228
2019december409223
2020januari390241
2020februari383240
2020maart388250
2020april427292
2020mei439301
2020juni513301
2020juli532301
2020augustus533292
2020september519278
2020oktober509278
2020november485276
2020december476286
2021januari448289
2021februari450286
2021maart439282
2021april427266
2021mei419250
2021juni405238
2021juli393224
2021augustus406213
2021september399208
2021oktober382199
2021november359189
2021december369192
2022januari354193
2022februari336188
2022maart327184
2022april316175
2022mei323165
2022juni339161
2022juli353157
2022augustus378152
2022september382152
2022oktober365150
2022november364145
2022december352149
2023januari360154
2023februari356154
2023maart357158
2023april343156
2023mei353151
2023juni353153
2023juli362152
2023augustus364156
2023september371155
2023oktober361156
2023november357160
2023december361161
2024januari368167
2024februari379174
2024maart371175
2024april375170
2024mei367171

In mei waren er ruim 9,8 miljoen mensen met betaald werk. Nadat de toename in de eerste maanden van dit jaar stagneerde, groeide in de afgelopen drie maanden het aantal werkenden weer met gemiddeld 10 duizend per maand.

Om verschillende redenen hadden bijna 3,6 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar in mei geen betaald werk. Naast de 367 duizend werklozen ging het om bijna 3,2 miljoen mensen die niet kort geleden naar werk hebben gezocht en/of daarvoor niet direct beschikbaar waren. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Het gaat vooral om mensen die met pensioen zijn of niet kunnen werken door ziekte of arbeidsongeschiktheid. Gemiddeld over de afgelopen drie maanden daalde het aantal mensen buiten de beroepsbevolking met 5 duizend.

UWV: Aantal WW-uitkeringen nam in mei licht toe

Eind mei verstrekte UWV 170,8 duizend WW-uitkeringen. Dit zijn bijna 500 uitkeringen meer dan eind april (+0,3 procent). Er kwamen 23,9 duizend nieuwe uitkeringen bij en er werden 23,4 duizend uitkeringen beëindigd. Sinds oktober 2023 nam het aantal WW-uitkeringen vrijwel elke maand licht toe.

UWV: Verschillen tussen sectoren

Het aantal WW-uitkeringen steeg in mei 2024 het meest in de sectoren overheid (+4,1 procent), de voeding- en genotmiddelenindustrie (+3,8 procent) en in de schoonmaak (+3,8 procent). Er zijn ook sectoren waarin het aantal WW-uitkeringen in mei juist afnam. Bijvoorbeeld in de landbouw (-6,9 procent), bouw (-6,9 procent) en in de uitzendbranche (-4,4 procent). In deze sectoren is in het voorjaar meestal weer meer werk te vinden.

Jeugdwerkloosheid gedaald

De werkloosheid daalde in mei het meest onder jongeren, van 8,7 naar 8,4 procent van de beroepsbevolking van 15 tot 25 jaar. In deze leeftijdsgroep ligt de werkloosheid aanzienlijk hoger dan bij 25-plussers. In de voorgaande 12 maanden waren er ook grotere schommelingen in het werkloosheidspercentage onder jongeren. Het gaat bij de jeugdwerkloosheid meestal om onderwijsvolgende jongeren die een bijbaan zoeken.

In mei daalde de werkloosheid onder 25- tot 45-jarigen licht, van 3,1 naar 3,0 procent van de beroepsbevolking. Bij de 45-plussers bleef deze met 2,1 procent gelijk.

Werkloosheid
   15 tot 25 jaar (% van beroepsbevolking)25 tot 45 jaar (% van beroepsbevolking)45 tot 75 jaar (% van beroepsbevolking)
2023jan7,83,02,4
2023feb7,83,02,2
2023mrt8,02,92,2
2023apr7,92,82,1
2023mei8,22,92,1
2023jun8,32,82,1
2023jul8,62,92,1
2023aug8,72,92,1
2023sep8,82,92,2
2023okt8,42,92,2
2023nov8,22,92,2
2023dec8,13,02,1
2024jan8,23,12,2
2024feb8,73,12,2
2024mrt8,73,02,1
2024apr8,73,12,1
2024mei8,43,02,1

Iets meer uitstroom dan instroom

De ontwikkeling van de werkloosheid is het resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en de niet-beroepsbevolking. Het schema hieronder laat die stromen zien. De figuur daaronder toont de ontwikkeling van die verschillende stromen in de afgelopen maanden.


De werkloosheid kan toe- of afnemen door vier verschillende stromen. Twee van die stromen kunnen de werkloosheid doen dalen. De eerste is de stroom van werklozen die een baan vinden. De tweede is de stroom van werklozen die stoppen met zoeken en de arbeidsmarkt verlaten.

Er zijn ook twee tegengestelde stromen, die de werkloosheid kunnen vergroten. Het gaat om werkenden die hun baan verliezen en om mensen die zich eerder niet aanboden op de arbeidsmarkt en op zoek zijn gegaan naar werk. Als ze niet meteen werk vinden, worden ze deel van de werkloze beroepsbevolking.

De eerste maanden van 2024 groeide de werkloosheid vooral doordat meer mensen buiten de beroepsbevolking op zoek gingen naar werk en dat niet direct vonden. Inmiddels is die instroom in de werkloosheid weer gedaald en vonden meer mensen werk, zowel werklozen als werkzoekenden van buiten de beroepsbevolking. Per saldo leidde dat tot een afname van de werkloze beroepsbevolking van 12 duizend in de afgelopen drie maanden, oftewel gemiddeld 4 duizend per maand.

Het CBS publiceert maandelijks volgens over de beroepsbevolking volgens de richtlijnen van de International Labour Organization (ILO). De bijbehorende indicatoren, de werkzame en werkloze beroepsbevolking, worden wereldwijd gebruikt om de conjuncturele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt te beschrijven. Daarbij zijn maandcijfers essentieel. Daarnaast publiceert het UWV maandelijks over het aantal WW-uitkeringen. Deze UWV-cijfers over uitkeringen zijn niet een-op-een vergelijkbaar met de indicatoren over de beroepsbevolking. Voor meer uitleg over de verschillen tussen de bronnen zie de technische toelichting.