Consumptie huishoudens groeit iets in november

De consumptiecijfers betreffen volumecijfers. Dat wil zeggen dat ze zijn gecorrigeerd voor prijsveranderingen. Daarnaast is ook voor veranderingen in de samenstelling van de koopdagen gecorrigeerd. Volgens de CBS Consumptieradar waren de omstandigheden voor de consumptie in december ongunstiger dan in november.

Meer diensten

Consumenten hebben in november 0,5 procent meer diensten afgenomen, zoals openbaar vervoer, communicatie, recreatie, cultuur of kapper, dan in november 2022. Bestedingen aan diensten maken ruim de helft van de totale binnenlandse consumptieve bestedingen door huishoudens uit.

Aan voedings- en genotmiddelen hebben huishoudens 2,3 procent minder besteed, voor prijsveranderingen gecorrigeerd, dan in november 2022. Ook schaften consumenten iets minder duurzame goederen aan, vooral minder spullen voor de woning, schoenen en kleding. Ze kochten wel meer auto’s. Verder hebben huishoudens in november 3,1 procent meer overige goederen, zoals energie en artikelen voor persoonlijke verzorging, gekocht.

Bijna twee weken geleden meldde het CBS dat het verkoopvolume van de detailhandel in november 0,8 procent lager was dan in november 2022. Het volume van de non-foodwinkels lag 2,1 procent lager, terwijl dat van de foodwinkels met 1,7 procent kromp. Deze cijfers zijn ook gecorrigeerd voor de samenstelling van koopdagen.

Omstandigheden consumptie in december ongunstiger

Het CBS publiceert elke maand ook over de omstandigheden voor de consumptie in de consumptieradar. De consumptie door huishoudens hangt onder meer samen met de verwachtingen van consumenten, de situatie op de arbeidsmarkt en de ontwikkeling van hun vermogen. De indicatoren in de radar hangen goed samen met de consumptie door huishoudens, maar een verbetering van de omstandigheden betekent niet per se een hogere groei van de consumptie.

Volgens de consumptieradar waren de omstandigheden voor de consumptie in december ongunstiger dan in november. Dat komt vooral doordat de industriële ondernemers negatiever waren over de toekomstige ontwikkeling van de werkgelegenheid in hun bedrijf. Daarentegen waren consumenten positiever over de financiële situatie in de komende 12 maanden en was de jaar-op-jaardaling van de huizenprijzen kleiner.