De persoon in het huishouden ten opzichte van wie de posities van de andere leden in het particuliere huishouden worden bepaald en van wie de kenmerken eventueel ook aan het particuliere huishouden worden toegekend. Uit de leden van het particuliere huishouden wordt de referentiepersoon als volgt gekozen: als er een paar is binnen het huishouden: de man; als het paar van gelijk geslacht is: de oudste van het paar; in een eenouderhuishouden: de ouder.
Terug naar artikel