Bevolking gegroeid naar 17,9 miljoen inwoners

© CBS
De Nederlandse bevolking is in de eerste drie kwartalen van 2023 gegroeid met 110,7 duizend naar 17,9 miljoen inwoners. De bevolkingsgroei was 80,1 duizend lager dan in dezelfde periode vorig jaar. Dat komt vooral doordat de immigratie uit Oekraïne dit jaar veel lager is. Dat blijkt uit voorlopige cijfers van het CBS.

De emigratie was daarentegen hoger dan een jaar eerder. Daarnaast kwam de bevolkingsgroei lager uit doordat de natuurlijke aanwas (het aantal geboorten min het aantal overledenen) negatief was (-900), terwijl er vorig jaar in dezelfde periode 2,8 duizend meer kinderen werden geboren dan er mensen overleden.

Bevolkingsontwikkeling t/m september
Component2023* (x 1 000)2022 (x 1 000)2021 (x 1 000)2020 (x 1 000)2019 (x 1 000)
Geboorte123,4126,8134,8127,3128,2
Sterfte124,3124,0122,0122,3112,6
Immigratie256,9322,3188,4165,9210,5
Emigratie145,3134,3108,3113,2122,9
Bevolkingsgroei110,7190,892,957,7103,2
*voorlopige cijfers

Minder Oekraïense immigranten

Doordat de natuurlijke aanwas negatief was, groeide de bevolking in de eerste drie kwartalen volledig door buitenlandse migratie. Per saldo (immigratie min emigratie) vestigden 111,6 duizend migranten zich in Nederland. Dat saldo is 76,4 duizend lager dan in deze periode een jaar eerder. Het aantal immigranten is nu 65,4 duizend lager, en het aantal emigranten is 11,0 duizend hoger.

De daling van de immigratie is grotendeels te verklaren door het teruggelopen aantal Oekraïense vluchtelingen. Tot en met september hebben zich per saldo 12,2 duizend Oekraïense vluchtelingen in Nederland gevestigd. In dezelfde periode vorig jaar waren dat er 85,6 duizend. Op 1 oktober verbleven 105,5 duizend Oekraïense vluchtelingen in Nederland.

Migratiesaldo t/m september
JaarMigratiesaldo overig (x 1 000)Migratiesaldo Oekraïnse vluchtelingen (x 1 000)
201027,5
201127,4
201214,2
201317,8
201428,7
201539,6
201663,1
201765,7
201867,2
201987,5
202052,7
202180,1
2022102,585,5
2023*99,412,2
*voorlopige cijfers

Afname migratie in derde kwartaal

Ook in vrijwel alle andere groepen (gekeken naar geboorteland) was het saldo buitenlandse migranten lager dan een jaar eerder. Alleen van de kleine groep die geboren is in Oceanië nam het aantal migranten toe. Het aantal Nederlanders dat emigreert is over de afgelopen jaren (exclusief 2020 en 2021 door de coronapandemie) constant gebleven, maar het aantal Nederlanders dat immigreert daalt sinds 2020. Daardoor ligt het migratiesaldo de laatste twee jaar lager dan het meerjarig gemiddelde.

Zowel de meeste immigranten als emigranten komen uit Europa. Wanneer de (voormalige) Sovjet-Unie – dat voor het grootste gedeelte uit Europeanen bestaat – wordt opgeteld bij Europa komen ook per saldo de meeste migranten uit Europa. Naast de (voormalige) Sovjet-Unie (19,0 duizend) zijn de meeste migranten geboren in Syrië (13,0 duizend), Turkije (8,4 duizend), India (6,7 duizend) en Polen (6,6 duizend).

Migratiesaldo naar geboorteland t/m september
Geboorteland2023* (x 1 000)2022 (x 1 000)2021 (x 1 000)2020 (x 1 000)2019 (x 1 000)
Nederland¹⁾-10,7-12,2-4,04,8-2,4
Afrika11,613,68,16,09,8
Amerika en Oceanië13,713,810,86,612,5
(Voormalige) Sovjet-Unie19,086,94,92,75,5
Europa²⁾31,637,032,923,436,1
Azië³⁾47,149,027,39,226,0
*voorlopige cijfers 1) Incl. tweede generatie 2) Excl. Nederland, (Voormalige) Sovjet-Unie en Turkije 3) Incl. Turkije

Minder geboorten, vooral in september

Van januari tot en met september 2023 zijn er 123,4 duizend kinderen geboren. Dat waren er 3,4 duizend minder dan een jaar eerder. Vooral in september was het aantal geboorten relatief laag. Er overleden 124,3 duizend mensen, ongeveer evenveel als vorig jaar. De natuurlijke aanwas was dus negatief, wat uitzonderlijk is voor de eerste drie kwartalen.

Het aantal geborenen daalt al sinds 2010. Het aantal overledenen is sinds 2020 naar verhouding hoog. Ook in de eerste drie kwartalen van 2023 was de sterfte hoger dan verwacht en zijn er perioden geweest met oversterfte.

Natuurlijke aanwas t/m september
JaarNatuurlijke aanwas (x 1 000)
201036,3
201135,9
201228,0
201322,7
201429,5
201517,2
201620,3
201715,2
201811,5
201915,7
20205,0
202112,8
20222,8
2023*-0,9
*voorlopige cijfers