Werkloosheid in april afgenomen

Over dit onderwerp zijn nieuwere cijfers beschikbaar. Bekijk de laatste cijfers.
© CBS
In april 2023 waren 343 duizend mensen van 15 tot 75 jaar werkloos, 3,4 procent van de beroepsbevolking. Over de afgelopen drie maanden nam het aantal werklozen af met gemiddeld 6 duizend per maand. Het aantal werkenden steeg in dezelfde periode met gemiddeld 9 duizend per maand naar 9,7 miljoen. Hiermee had 73,1 procent in deze leeftijdsgroep betaald werk. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de beroepsbevolking. UWV registreerde eind april 156 duizend lopende WW-uitkeringen.

In april hadden 3,6 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar om uiteenlopende redenen geen betaald werk. Naast werklozen ging het om 3,2 miljoen mensen die niet recent hebben gezocht en/of niet direct beschikbaar zijn voor werk. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Het gaat voornamelijk om mensen die met pensioen zijn of niet kunnen werken vanwege ziekte of arbeidsongeschiktheid. In de maanden februari tot en met april is het aantal mensen buiten de beroepsbevolking licht gedaald met gemiddeld 2 duizend per maand.

Werkloosheid en WW-uitkeringen
   Werkloosheid (15 tot 75 jaar, seizoengecorrigeerd) (x 1 000)WW-uitkeringen (15 jaar tot AOW-leeftijd) (x 1 000)
2013januari692369
2013februari707377
2013maart728380
2013april734380
2013mei747378
2013juni766382
2013juli782395
2013augustus783399
2013september783400
2013oktober782408
2013november772419
2013december779438
2014januari786460
2014februari800460
2014maart794454
2014april787443
2014mei775436
2014juni757431
2014juli746437
2014augustus738430
2014september733420
2014oktober738419
2014november742425
2014december753441
2015januari760458
2015februari747455
2015maart745443
2015april743427
2015mei732416
2015juni725410
2015juli708420
2015augustus708420
2015september712417
2015oktober722421
2015november703427
2015december695446
2016januari680465
2016februari688469
2016maart680470
2016april679461
2016mei668448
2016juni656438
2016juli648432
2016augustus628427
2016september617424
2016oktober609420
2016november607410
2016december590412
2017januari588419
2017februari582416
2017maart571415
2017april563401
2017mei564386
2017juni555372
2017juli544364
2017augustus534362
2017september529351
2017oktober511343
2017november504337
2017december503330
2018januari487335
2018februari474330
2018maart465327
2018april463314
2018mei460301
2018juni463288
2018juli458279
2018augustus463278
2018september451274
2018oktober444269
2018november433267
2018december437263
2019januari437279
2019februari419274
2019maart416268
2019april409257
2019mei411251
2019juni423243
2019juli424234
2019augustus432237
2019september432233
2019oktober432233
2019november434228
2019december409223
2020januari390241
2020februari383240
2020maart388250
2020april427292
2020mei439301
2020juni513301
2020juli532301
2020augustus533292
2020september519278
2020oktober509278
2020november485276
2020december476286
2021januari448289
2021februari450286
2021maart439282
2021april427266
2021mei419250
2021juni405238
2021juli393224
2021augustus406213
2021september399208
2021oktober382199
2021november359189
2021december369192
2022januari354193
2022februari336188
2022maart327184
2022april316175
2022mei323165
2022juni339161
2022juli353157
2022augustus378152
2022september382152
2022oktober365150
2022november364145
2022december352149
2023januari360154
2023februari356154
2023maart357158
2023april343156

Werkloosheid laagst onder 45-plussers

De werkloosheid is het laagst onder 45-plussers in de beroepsbevolking. In april ging het om 2,1 procent, het laagste percentage in de cijferreeks vanaf 2003. Het komt neer op 87 duizend werkloze 45-plussers, ook het laagste aantal in twintig jaar.
Bij jongeren (15 tot 25 jaar) was 7,9 procent van de beroepsbevolking werkloos. In deze leeftijdsgroep ligt de werkloosheid doorgaans het hoogst. Het laagste punt werd vorig jaar april bereikt met 6,9 procent. Het was de maand waarin de werkloosheid voor de totale beroepsbevolking ook het kleinst was. In de leeftijdsgroep van 25 tot 45 jaar was het werkloosheidspercentage in april vorig jaar 2,5. In april 2023 was het 2,8.

Langdurige werkloosheid verder gedaald

Met de daling van de werkloosheid onder 45-plussers nam ook het aandeel langdurig werklozen af, dat wil zeggen werklozen die een jaar of langer op zoek zijn naar werk. Langdurige werkloosheid komt doorgaans het vaakst voor bij 45-plussers. Bij jongeren is de werkloosheid vaker van korte duur.

Van de werklozen in het eerste kwartaal van 2023 was 18 procent langdurig werkloos. Begin 2015 was dit nog 43 procent. Daarna begon een geleidelijke maar voortdurende daling. Aan het begin van de coronapandemie, in het tweede kwartaal van 2020, nam het aandeel dat kort werkloos was in een keer flink toe en het aandeel langdurig werklozen dus aanzienlijk af. Daarna groeide het aandeel langdurig werklozen weer, tot het eind 2021 weer op het niveau was van voor corona. Sindsdien is het aandeel langdurig werklozen weer aan het dalen.

Werkloze beroepsbevolking (15 tot 75 jaar) naar werkloosheidsduur, seizoengecorrigeerd (kwartaalcijfers)
JaarKwartaal12 maanden of langer (x 1 000)Korter dan 12 maanden (x 1 000)
20131e kwartaal232477
20132e kwartaal258491
20133e kwartaal279503
20134e kwartaal280497
20141e kwartaal293500
20142e kwartaal291482
20143e kwartaal291448
20144e kwartaal306438
20151e kwartaal321430
20152e kwartaal310423
20153e kwartaal289420
20154e kwartaal283424
20161e kwartaal272411
20162e kwartaal266402
20163e kwartaal244387
20164e kwartaal236366
20171e kwartaal220361
20172e kwartaal205356
20173e kwartaal192344
20174e kwartaal177329
20181e kwartaal160316
20182e kwartaal153309
20183e kwartaal146311
20184e kwartaal131307
20191e kwartaal125299
20192e kwartaal104310
20193e kwartaal109321
20194e kwartaal105320
20201e kwartaal93294
20202e kwartaal77382
20203e kwartaal100428
20204e kwartaal104386
20211e kwartaal99346
20212e kwartaal96321
20213e kwartaal90309
20214e kwartaal91279
20221e kwartaal83255
20222e kwartaal77250
20223e kwartaal73299
20224e kwartaal67292
20231e kwartaal66291

UWV: Minder WW-uitkeringen in april

Eind april 2023 verstrekte UWV 156 duizend lopende WW-uitkeringen. Dat zijn er 1,9 duizend minder dan in de voorafgaande maand (-1,2 procent). In april werden 18,7 duizend WW-uitkeringen beëindigd, en kwamen er 16,8 duizend nieuwe uitkeringen bij. Verder ontving in april 17,1 procent van de WW-gerechtigden de uitkering inmiddels één jaar of langer. Dat is minder dan een jaar eerder, toen gold dat nog voor 24,1 procent.

UWV: Daling WW-uitkeringen in bijna alle sectoren

Het aantal lopende WW-uitkeringen nam in bijna alle sectoren af in april 2023. De grootste afname vond plaats bij uitzendbedrijven (-4,2 procent), landbouw (-3,8 procent) en bouw (-3,4 procent). In drie sectoren nam het aantal uitkeringen iets toe in april, namelijk bij overheid (+0,3 procent), groothandel (+0,5 procent) en overige commerciële dienstverlening (+1,5 procent).

Toestroom werklozen vanuit de niet-beroepsbevolking weer wat kleiner

In april waren er 17 duizend werklozen minder dan drie maanden eerder (een afname van gemiddeld 6 duizend per maand). Deze daling is het resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en de niet-beroepsbevolking. Het onderstaande schema laat die stromen zien. De figuur daaronder geeft weer hoe die verschillende stromen zich in de afgelopen maanden hebben ontwikkeld.

De plaatjes laten zien dat er twee stromen zijn die de werkloosheid kunnen doen afnemen. De eerste is de stroom van werklozen die een baan vinden, de tweede is de stroom van werklozen die stoppen met zoeken en zich terugtrekken van de arbeidsmarkt.
Er zijn ook twee tegengestelde stromen, die de werkloosheid kunnen doen toenemen. Het gaat om werkenden die hun baan verliezen, en om mensen die zich tevoren niet aanboden op de arbeidsmarkt en op zoek zijn gegaan naar werk. Als ze niet meteen werk vinden, worden ze deel van de werkloze beroepsbevolking.

De werkloosheid daalde in april doordat het aantal werkenden dat werkloos werd, kleiner was dan het aantal werklozen dat een baan vond. Het saldo hiervan kwam in april uit op -40 duizend en dat is meer dan in de maand hiervoor.

De werkloosheid nam in april toe door de toestroom van werklozen van buiten de beroepsbevolking. Deze bedroeg per saldo 23 duizend en is daarmee lager dan in de maand ervoor.

Het CBS publiceert maandelijks volgens over de beroepsbevolking volgens de richtlijnen van de International Labour Organization (ILO). De bijbehorende indicatoren, de werkzame en werkloze beroepsbevolking, worden wereldwijd gebruikt om de conjuncturele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt te beschrijven. Daarbij zijn maandcijfers essentieel. Daarnaast publiceert het UWV maandelijks over het aantal WW-uitkeringen. Deze UWV-cijfers over uitkeringen zijn niet een-op-een vergelijkbaar met de indicatoren over de beroepsbevolking. Voor meer uitleg over de verschillen tussen de bronnen zie de technische toelichting.