Uitstoot broeikasgassen 4 procent lager in derde kwartaal 2022
CO2 (megaton CO2-equivalent) | Overige broeikasgassen (megaton CO2-equivalent) | ||
---|---|---|---|
Totaal IPCC | 2022* | 27,9 | 6,4 |
Totaal IPCC | 2021* | 29,1 | 6,5 |
Totaal IPCC | |||
Industrie | 2022* | 9,5 | 1,5 |
Industrie | 2021* | 10,9 | 1,5 |
Elektriciteit | 2022* | 8,3 | 0,1 |
Elektriciteit | 2021* | 7,3 | 0,1 |
Mobiliteit | 2022* | 7,2 | 0,2 |
Mobiliteit | 2021* | 7,6 | 0,2 |
Landbouw | 2022* | 0,8 | 4,6 |
Landbouw | 2021* | 1,4 | 4,8 |
Gebouwde omgeving | 2022* | 2,1 | 0,1 |
Gebouwde omgeving | 2021* | 2 | 0,1 |
Minder uitstoot landbouw en industrie
De uitstoot van broeikasgassen door de landbouw en de industrie was respectievelijk 12 en 11 procent lager dan in het derde kwartaal van 2021. Dat komt doordat deze sectoren in het derde kwartaal een stuk minder aardgas hebben verbruikt dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Het verbruik van de andere energiedragers is vrijwel gelijk gebleven.
Bij de daling van het aardgasverbruik speelden de hoge aardgasprijzen een rol. Dat leidde onder andere tot een afschaling (minder productie) van de grootschalige aardgas-intensieve industrie. Daarnaast was het hoge aantal zonuren in het derde kwartaal van 2022 gunstig voor de glastuinbouw, omdat tuinders minder kunstmatig hoefden te verlichten op basis van warmtekrachtkoppeling (wkk’s) waar aardgas voor wordt gebruikt.
Meer uitstoot elektriciteitssector
De elektriciteitssector stootte in het derde kwartaal van dit jaar 14 procent meer broeikasgassen uit dan een jaar eerder. Aardgas- en kolencentrales hebben meer elektriciteit geproduceerd, mede doordat de vraag naar elektriciteit uit het buitenland groter was door krapte op de Europese elektriciteitsmarkt. Vanwege de hoge elektriciteitsvraag, steeg de elektriciteitsprijs zodanig dat het naast de kolencentrales ook voor de hoogrendement-aardgascentrales lucratief werd om meer te produceren.
Categories | Aandeel |
---|---|
Industrie | 32,1 |
Elektriciteit | 24,4 |
Mobiliteit | 21,4 |
Landbouw | 15,8 |
Gebouwde omgeving | 6,4 |
Het CBS berekent ook de uitstoot van CO2 door alle Nederlandse economische activiteiten volgens de nationale rekeningen. Hierbij wordt in vergelijking met de uitstoot volgens de IPCC-definities ook de CO2-uitstoot van de internationale lucht- en zeevaart en de uitstoot door verbranding uit biomassa door personen en bedrijven behorend tot de Nederlandse economie meegenomen. In het bericht hieronder worden de CO2-emissies conform de berekeningswijze van de nationale rekeningen gepresenteerd.
Uitstoot CO2 Nederlandse economie ruim 4 procent lager
De CO2-uitstoot door de Nederlandse economie was in het derde kwartaal ruim 4 procent lager dan in hetzelfde kwartaal van 2021, terwijl het bruto binnenlands product (bbp) in diezelfde periode met 3,1 procent groeide. Voor vrijwel alle sectoren van de economie geldt dat de productie hoger lag, terwijl de CO2-emissies lager waren. Zo daalden de emissies in de industrie, delfstoffenwinning en bouwnijverheid met 15 procent, terwijl de toegevoegde waarde 2,5 procent hoger lag. De afname van de CO2-emissie was het sterkst in de aardolie-industrie.
De CO2-uitstoot door de transportsector was in het derde kwartaal van 2022 nagenoeg hetzelfde als in het derde kwartaal van 2021. De Nederlandse luchtvaart stootte 19 procent meer uit dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Ondanks deze stijging was de uitstoot van de luchtvaart nog niet op hetzelfde niveau als voor de coronacrisis. Ook de binnenvaart heeft meer uitgestoten dan in het derde kwartaal van 2021. Daarentegen was de emissie door het wegvervoer 7 procent lager dan in het derde kwartaal van 2021. De zeevaart stootte in het derde kwartaal eveneens minder uit dan een jaar eerder.
Categories | CO2-emissie (%-volumemutatie t.o.v. een jaar eerder ) | Toegevoegde waarde van producenten (%-volumemutatie t.o.v. een jaar eerder ) | Bbp (%-volumemutatie t.o.v. een jaar eerder ) |
---|---|---|---|
NL economie (weergecorrigeerd) | -2,9 | ||
Nederlandse economie | -4,2 | 3,1 | |
Energie-, en waterbedrijven, afvalbeheer | 8,9 | 8,8 | |
Transportsector | 0,2 | 8,8 | |
Huishoudens | -2,3 | ||
Overige dienstverlening | -3,8 | 2,5 | |
Delfstoffenwinning, industrie en bouwnijverheid | -15 | 2,5 | |
Landbouw | -33,4 | -0,3 | |
De CO2-emissies zijn een eerste berekening op basis van de dan beschikbare informatie. De cijfers kunnen wijzigen op grond van nieuwe statistische broninformatie die nadien beschikbaar komt. Verdere toelichting op de IPCC richtlijnen is hier te vinden.
De kwartaalontwikkeling van de broeikasgassenuitstoot door de gebouwde omgeving kent sinds dit jaar een grotere onzekerheid, omdat het CBS niet de beschikking heeft over maandcijfers van energieverbruik in de gebouwde omgeving. De huidige methodiek voor de bepaling van het aardgasverbruik door de gebouwde omgeving op kwartaalbasis maakt gebruik van een modelraming met temperatuur als input. Effecten van gedragsverandering in het energieverbruik door de extreem hoge energieprijzen zijn hierin niet meegenomen. Op het totaal is de uitstoot van de gebouwde omgeving in het derde kwartaal overigens beperkt (zo’n 6 procent van de totale uitstoot).
Bronnen
- StatLine - Raming CO2-emissie naar lucht; Nederlandse economie, Nationale rekeningen
- StatLine- Emissies broeikasgassen (IPCC); klimaatsector, kwartaal
- StatLine - Emissies van broeikasgassen berekend volgens IPCC-voorschriften
- StatLine - Aardgasbalans; aanbod en verbruik
- StatLine - Elektriciteitsbalans; aanbod en verbruik
- Tabel - Broeikasgassen Emissieregistratie
Relevante links
- Dossier - Hoe groot is onze broeikasgasuitstoot?
- Nieuwsbericht - Gasverbruik daalt met 17 procent in periode juli tot en met oktober
- Achtergrond - KNMI - Archief maand/seizoen/jaaroverzichten
- Nieuwsbericht - Economie krimpt in derde kwartaal 2022 met 0,2 procent
- Visualisaties - Indicatoren aardgasgebruik van de industrie
- Achtergrond - EnergieMarktInformatie