Areaal akkerbouw in 2021 licht toegenomen
Volgens de laatste Landbouwtelling wordt in Nederland op bijna 529 duizend hectare akkerbouwgewassen geteeld. Dat is 1,8 duizend hectare (0,3 procent) meer dan een jaar eerder. Het areaal akkerbouwgewassen is sinds 2000 met meer dan 100 duizend hectare (16,7 procent) afgenomen, maar is de laatste drie jaar stabiel.
Zaaiuien (2000=100) | Aardappelen (2000=100) | Tarwe (2000=100) | Totaal akkerbouw (2000=100) | Suikerbieten (2000=100) | Gerst (2000=100) | |
---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 | 100,0 |
2001 | 101,6 | 91,0 | 91,2 | 99,5 | 98,4 | 141,7 |
2002 | 106,6 | 91,7 | 99,4 | 99,1 | 98,1 | 121,0 |
2003 | 117,1 | 88,0 | 95,0 | 97,1 | 92,6 | 116,9 |
2004 | 142,2 | 91,0 | 101,0 | 96,7 | 88,1 | 101,9 |
2005 | 119,9 | 86,5 | 99,9 | 95,2 | 82,3 | 107,5 |
2006 | 132,2 | 86,9 | 103,3 | 91,4 | 74,6 | 94,9 |
2007 | 144,0 | 87,2 | 103,4 | 90,3 | 73,9 | 97,9 |
2008 | 145,1 | 84,3 | 114,5 | 88,8 | 65,1 | 106,9 |
2009 | 139,6 | 86,2 | 110,5 | 87,3 | 65,5 | 94,6 |
2010 | 158,8 | 87,8 | 112,7 | 85,4 | 63,6 | 71,1 |
2011 | 166,5 | 88,6 | 110,9 | 84,3 | 66,1 | 72,6 |
2012 | 150,0 | 83,2 | 111,0 | 82,1 | 65,5 | 63,5 |
2013 | 157,1 | 86,5 | 111,8 | 83,9 | 66,0 | 63,0 |
2014 | 159,8 | 86,7 | 104,1 | 81,5 | 67,7 | 58,7 |
2015 | 170,8 | 86,9 | 104,3 | 79,7 | 52,7 | 69,8 |
2016 | 179,3 | 87,6 | 93,7 | 79,4 | 63,7 | 74,0 |
2017 | 190,7 | 90,3 | 85,2 | 80,3 | 76,9 | 64,3 |
2018 | 181,3 | 91,6 | 82,0 | 81,3 | 76,8 | 76,9 |
2019 | 197,1 | 93,0 | 88,6 | 83,8 | 71,4 | 71,7 |
2020 | 194,9 | 91,9 | 80,2 | 83,0 | 73,4 | 82,3 |
2021* | 217,0 | 89,5 | 88,1 | 83,3 | 73,1 | 64,3 |
* Voorlopig cijfer. |
Areaal zaaiuien sterk toegenomen
Het areaal zaaiuien besloeg in 2021 30,4 duizend hectare. Dat is ruim 3 duizend hectare meer (11,3 procent) dan een jaar eerder. In 2020 nam de oppervlakte uien nog met bijna 1 procent af. Desondanks neemt het areaal zaaiuien op lange termijn toe. Ten opzichte van het jaar 2000 is sprake van een verdubbeling van het areaal zaaiuien.
Daling oppervlakte consumptieaardappelen
De teeltoppervlakte consumptieaardappelen is in 2021 met bijna 5 duizend hectare (6,5 procent) gedaald tot 72 duizend hectare. Ook in 2020 daalde het areaal consumptieaardappelen. De arealen poot- en zetmeelaardappelen zijn het laatste jaar iets gestegen, elk met bijna 1 procent. Het aandeel pootaardappelen en zetmeelaardappelen op het totale areaal aardappelen nam het laatste jaar weer iets toe. Meer dan een kwart (28,2 procent) van het aardappelareaal, ruim 45 duizend hectare, bestaat in 2021 uit zetmeelaardappelen. Op een bijna even groot deel (27,3 procent) staan pootaardappelen. Het grootste deel van het areaal aardappelen bestaat uit consumptieaardappelen (44,5 procent).
Sinds het jaar 2000 groeide het areaal pootaardappelen met 2,3 duizend hectare (5,4 procent), het areaal consumptieaardappelen kromp daarentegen met 15,7 duizend hectare (17,9 procent) en het areaal zetmeelaardappelen met 5,5 duizend hectare (10,9 procent).
Groei areaal tarwe
Het areaal tarwe is in 2021 weer toegenomen, na een daling in 2020. Het areaal tarwe besloeg ruim 120 duizend hectare, bijna 11 duizend hectare (9,8 procent) meer dan in 2020. Van de wintertarwe steeg het areaal in 2021 met bijna 15 duizend hectare (15,9 procent). Het areaal zomertarwe nam met bijna een kwart af. Dit jaar wordt op ongeveer 13 duizend hectare zomertarwe geteeld. Het areaal zomertarwe fluctueert van jaar op jaar. Ongeveer 10,6 procent van de tarwe bestaat nu uit zomertarwe. Het aandeel zomertarwe was het hoogst in 2011. Toen bestond ongeveer een kwart van het areaal tarwe hieruit.
Gewas | % verandering t.o.v. een jaar eerder (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|
Totaal | 0,3 |
Zaaiuien | 11,3 |
Tarwe | 9,8 |
Zetmeelaardappelen | 0,7 |
Pootaardappelen | 0,6 |
Suikerbieten | -0,4 |
Consumptieaardappelen | -6,5 |
Gerst | -21,9 |
* Voorlopig cijfer. |
Bronnen
- StatLine - Landbouw; gewassen