Psychische gezondheid
Gevraagd wordt:
1) Voelde u zich erg zenuwachtig?
2) Zat u zo erg in de put dat niets u kon opvrolijken?
3) Voelde u zich kalm en rustig?
4) Voelde u zich neerslachtig en somber?
5) Voelde u zich gelukkig?
Respondenten kunnen voor iedere vraag kiezen uit de volgende 6 antwoordcategorieën: voortdurend, meestal, vaak, soms, zelden of nooit. Op basis van de antwoorden kan een somscore worden berekend. Bij de positief geformuleerde vragen (3 en 5) worden voor de verschillende antwoordcategorieën respectievelijk de waarden 5, 4, 3, 2, 1 en 0 toegekend. Bij de negatief geformuleerde vragen (1, 2 en 4) geldt het tegenovergestelde. Per persoon worden vervolgens de waarden van alle vijf vragen bij elkaar opgeteld en vermenigvuldigd met 4. Op die manier is de minimale somscore van een persoon gelijk aan 0 en de maximale score gelijk aan 100. Hoe lager de score, hoe slechter de psychische gezondheid van de persoon. Bij een score van 60 of meer is een respondent gekwalificeerd als psychisch gezond, en bij een score van minder dan 60 als psychisch ongezond.