Economische positie vrouw tot 2020 verder verbeterd
Jaar | Vrouwen (tot 2011) (%) | Vrouwen (vanaf 2011) (%) | Mannen (tot 2011) (%) | Mannen (vanaf 2011) (%) |
---|---|---|---|---|
2007 | 51,8 | 79,1 | ||
2008 | 53,6 | 79,5 | ||
2009 | 54,1 | 78,2 | ||
2010 | 54,3 | 77,3 | ||
2011 | 55,2 | 56,5 | 77,8 | 78,9 |
2012 | 56,8 | 78,2 | ||
2013 | 56,7 | 77,3 | ||
2014 | 57,1 | 77,5 | ||
2015 | 57,9 | 78,2 | ||
2016 | 59,3 | 79,0 | ||
2017 | 60,7 | 79,7 | ||
2018 | 62,5 | 80,8 | ||
2019* | 63,8 | 81,1 | ||
1) exclusief onderwijsvolgenden. Tot 2011 steekproefgegevens, daarna registergegevens. *voorlopige cijfers |
Vrouwen werken meer uren
Na de vorige economische crisis begon ook de gemiddelde arbeidsduur van vrouwen te groeien. Tussen 2017 en 2019 is deze net als in de twee jaar daarvoor met ruim een half uur toegenomen, tot 28,5 uur per week. Bij mannen bleef de gemiddelde arbeidsduur onveranderd op bijna 39 uur. Werkende mannen zouden gemiddeld een half uur minder willen werken dan ze doen, werkende vrouwen juist een half uur meer.De meeste in deeltijd werkende vrouwen zouden naar eigen zeggen onder bepaalde voorwaarden of omstandigheden meer uren willen werken, bijvoorbeeld als werktijden op het privéleven afgestemd kunnen worden of als het gezinsinkomen ontoereikend is. Vrouwen vinden betaald werk net zo belangrijk als mannen, maar zijn minder gericht op het maken van carrière. Ook zeggen ze vaker liever niet voltijds te werken, om tijd over te houden voor andere dingen: 68 procent van alle vrouwen en bijna de helft van alle mannen geeft dat aan.
Tweede generatie vrouwen maakt inhaalslag
Vrouwen met een migratieachtergrond die zelf in Nederland geboren zijn - de tweede generatie - zijn veel vaker economisch zelfstandig dan vrouwen van de eerste generatie. Vooral bij vrouwen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond is het verschil groot. Van de eerste generatie kon ruim een kwart financieel op eigen benen staan, bij de tweede generatie is dat bijna 60 procent. Daarmee is er relatief weinig verschil met vrouwen zonder migratieachtergrond. Tweedegeneratie vrouwen met een Antilliaanse of Surinaamse achtergrond zijn met bijna 70 procent vaker economisch zelfstandig dan vrouwen met een Nederlandse achtergrond. Dat hangt samen met hun gemiddeld langere werkweek: 32 uur tegenover 28 uur bij vrouwen zonder migratieachtergrond.Achtergrond | 1e generatie (% 15 jaar tot AOW-leeftijd) | 2e generatie (% 15 jaar tot AOW-leeftijd) | Nederlands (% 15 jaar tot AOW-leeftijd) |
---|---|---|---|
Turks | 27,3 | 59,2 | |
Marokkaans | 25,3 | 58,9 | |
Surinaams | 59,5 | 68,0 | |
Antilliaans 2) | 55,8 | 69,2 | |
Nederlands | 67,5 | ||
1) voorlopige cijfers, exclusief onderwijsvolgenden 2) Bonaire, Curaçao, Saba, Sint-Eustatius, Sint-Maarten of Aruba als migratieachtergrond |
Werkloosheid in 2020 toegenomen
De werkloosheid is tot en met het derde kwartaal van 2020 gestegen, bij vrouwen nog iets sterker dan bij mannen. In het derde kwartaal was 3,5 procent van de vrouwen werkloos, een jaar eerder 2,7 procent. Bij mannen waren deze cijfers 3,1 procent en 2,8 procent. Het man-vrouwverschil, dat tussen 2017 en 2019 vrijwel verdween, is in de coronacrisis weer toegenomen.
Vrouwen (%) | Mannen (%) | ||
---|---|---|---|
2019 | 1e kwartaal | 3,3 | 3,2 |
2019 | 2e kwartaal | 2,7 | 2,8 |
2019 | 3e kwartaal | 2,7 | 2,6 |
2019 | 4e kwartaal | 2,8 | 2,8 |
2020 | 1e kwartaal | 2,5 | 2,6 |
2020 | 2e kwartaal | 3,0 | 2,8 |
2020 | 3e kwartaal | 3,5 | 3,1 |
1) 15- tot 65-jarigen, exclusief onderwijsvolgenden |
In het tweede en derde kwartaal van 2020, tijdens de coronacrisis, bleef de arbeidsparticipatie van mannen en vrouwen vrijwel gelijk aan die in dezelfde kwartalen van 2019. Dat geldt alleen voor mensen die geen onderwijs volgen, bij scholieren en studenten was de nettoarbeidsparticipatie een stuk lager dan een jaar eerder.
In het tweede kwartaal van 2020, tijdens de intelligente lockdown, hebben vrouwen en mannen minder uren gewerkt dan in hetzelfde kwartaal van 2019. In het derde kwartaal was er geen verschil meer met een jaar eerder.
Verder in de Emancipatiemonitor 2020
- Nederland stijgt van plek 6 naar plek 5 op de EU-ranglijst van man-vrouwgelijkheid.
- Het verschil in uurloon van vrouwen en mannen is in twee jaar tijd gelijk gebleven.
- Minder dan mannen zijn vrouwen slachtoffer van geweld, maar ze voelen zich onveiliger.
- Toename van vrouwen in technische beroepen en in topfuncties.
- Vrouwen leven langer, maar minder lang gezond.
Bronnen
- Publicatie - Emancipatiemonitor 2020
- Cijfers - m/v-stat
Relevante links
- Corporate artikel - Emancipatiemonitor: economische positie van vrouwen verbeterd