Inkomensafhankelijk huurbeleid
In verband met het tijdstip waarop de maximale huurverhoging moet worden vastgesteld, wordt voor de berekening van jaarmutatie van de CPI in het voorgaande jaar niet het kalenderjaar (januari t/m december) genomen, maar de periode december t/m november. Vaak zijn deze jaarmutaties hetzelfde. Voor het vaststellen van de maximale huurstijging in 2020 wordt de gemiddelde jaarmutatie van 2,6 procent gehanteerd.
Sinds 2017 geldt er één inkomensgrens. Door de hogere stijging van de CPI in 2019 is de maximale huurstijging per woning in 2020 hoger dan in 2019.
Naast de maximale huurverhoging per zelfstandige woning geldt er ook een maximale huursommutatie. Dit betekent dat ruwweg de totale huurinkomsten van een woningcorporatie (exclusief enkele uitsluitingen) in 2020 met niet meer dan 2,6 procent mogen toenemen. Dit is hetzelfde percentage als in 2019. In 2018 was dit 2,4 en in 2017 1,3 procent. Daarnaast geldt de inkomensafhankelijk opslag niet voor huishoudens met een AOW’er en huishoudens die uit vier of meer personen bestaan. Voor hen geldt in 2020 een maximale huurstijging van 5,1 procent.
De maximale huurstijging in 2020:
inkomens tot en met € 43 574 euro 2,6% + 2,5% = 5,1%
inkomens boven € 43 574 euro 2,6% + 4,0% = 6,6%
De maximale huurstijging in 2019:
inkomens tot en met € 42 436 euro 1,6% + 2,5% = 4,1%
inkomens boven € 42 436 euro 1,6% + 4,0% = 5,6%
De maximale huurstijging in 2018:
inkomens tot en met € 41 056 euro 1,4% + 2,5% = 3,9%
inkomens boven € 41 056 euro 1,4% + 4,0% = 5,4%
De maximale huurstijging in 2017:
inkomens tot en met € 40 349 euro 0,3% + 2,5% = 2,8%
inkomens boven € 40 349 euro 0,3% + 4,0% = 4,3%
Ten slotte geldt een maximale huurprijs per woning op basis van een puntensysteem. Deze maximale huurprijsgrenzen worden ook jaarlijks aangepast met de jaarmutatie van de CPI. Hiervoor wordt de door het CBS in januari gepubliceerde gemiddelde jaarmutatie over het vorige kalenderjaar gebruikt. In 2020 zijn daarom de maximale huurprijsgrenzen verhoogd met 2,6 procent. Wanneer de huur van een woning deze huurprijsgrens heeft bereikt, kan de maximale (inkomensafhankelijke) huurverhoging niet meer worden toegepast.