Schoolverlater mbo-bbl heeft vaak werk

© Hollandse Hoogte
Studenten die op het mbo een opleiding via de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) volgden, hebben direct na het verlaten van de opleiding vaker werk dan studenten die de beroepsopleidende leerweg (bol) deden. Dat geldt voor zowel de wat oudere als voor de jonge schoolverlater. Dit blijkt uit onderzoek van het CBS waarin mbo’ers vanuit schooljaar 2012/’13 direct en vier jaar na het verlaten van het onderwijs zijn bekeken.

[video: https://www.cbs.nl/nl-nl/video/362e6945066843d69eb0aad47e35eb0a]

In het schooljaar 2012/’13 verlieten ongeveer 290 duizend schoolverlaters het onderwijs. Hiervan kwam de grootste groep - 141 duizend - vanuit het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Daarvan kwamen bijna 71 duizend studenten vanuit de beroepsopleidende leerweg (bol) en bijna 71 duizend vanuit de beroepsbegeleidende leerweg (bbl). In de bol gaan studenten naar school en doen stages; in de bbl combineren ze werken bij een bedrijf met meestal één schooldag per week. Na het mbo volgde het hoger beroepsonderwijs (hbo) met 72 duizend en het wetenschappelijk onderwijs (wo) met 50 duizend schoolverlaters.

Met 28 procent van de studenten waren in het schooljaar 2012/’13 de technische opleidingen het populairst onder bbl’ers. Na de richting techniek zijn zorg- en welzijnsopleidingen (26 procent) en opleidingen in de richting dienstverlening (21 procent) het populairst. Bij dienstverlening gaat het bijvoorbeeld om bbl-opleidingen in horeca, toerisme en transport.

Uitstroom uit het onderwijs, 2012/’13
OpleidingAantal (x 1 000)
Vo25
Mbo (bol en bbl)141
Hbo72
Wo50

Bijna 9 op de 10 bbl’ers heeft direct na schoolverlaten werk

Het aandeel schoolverlaters met werk direct na het verlaten van het onderwijs was in 2013 voor bbl’ers groter dan voor bol’ers. Van de bol’ers had 67 procent direct na het verlaten van het onderwijs werk, voor de bbl’ers was dat 88 procent. Met 96 procent hadden bbl’ers met een opleiding op niveau 4 het vaakst een baan direct na het verlaten van de opleiding. Verder hebben van degenen met werk, de bbl’ers met 54 procent vaker dan bol’ers (17 procent) een vaste arbeidsrelatie.

Dat bbl’ers vaker vast werk hebben, hangt samen met de verschillen in leeftijd tussen bbl’ers en bol’ers. Van de bbl’ers was ruim de helft 27 jaar of ouder, tegenover 4 procent van de bol’ers. Bbl-opleidingen worden relatief vaak gevolgd door mensen die al een baan hebben. Zij volgen de opleiding om bijvoorbeeld door te groeien in hun huidige baan of om zich te laten omscholen. Omdat deze vooral buiten de schoolbanken wordt gevolgd, hoeven ze hun baan niet te onderbreken.

Overigens geldt ook voor jongere bbl-schoolverlaters dat ze vaker (vast) werk hebben na het verlaten van de opleiding dan hun leeftijdgenoten uit de bol.

Arbeidspositie mbo'ers direct na verlaten onderwijs, 2013 1)
 Met werk (%)Zonder werk (%)
Bol voltijd67,132,9
Bbl jonger dan 27 jaar80,119,9
Bbl 27 jaar of ouder90,39,7
1) Exclusief schoolverlaters die niet meer zijn ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP)

Na vier jaar 72 procent van bbl-niveau 4 vast werk

Van de 38 duizend gediplomeerde bbl’ers die in 2017, vier jaar na het verlaten van het onderwijs, nog in Nederland woonden en in de tussentijd geen onderwijs meer volgden, hadden 35 duizend betaald werk (93 procent). Bbl’ers van niveau 4 hadden met 97 procent het vaakst een baan. Daarnaast had 72 procent van de bbl’ers van niveau 4 met werk een vaste arbeidsrelatie.

Gediplomeerde bbl’ers met betaald werk, vier jaar na verlaten onderwijs, 2017 1)
Type onderwijsWerknemer met vaste arbeidsrelatie (%)Werknemer met flexibele arbeidsrelatie (%)Zelfstandige (%)Werknemer en zelfstandige (%)
Entreeopleiding75,521,21,61,6
Niveau 261,830,35,42,5
Niveau 365,324,86,43,5
Niveau 471,620,24,53,9
1) Exclusief bbl’ers die zijn teruggekeerd in het onderwijs of niet meer zijn ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP)

68 procent vond opleiding een goede basis

Bij navraag onder bbl-gediplomeerden vanuit het schooljaar 2016/’17 gaf 68 procent ruim een jaar na het verlaten van het onderwijs aan dat de opleiding een goede basis vormde voor het ontwikkelen van nieuwe kennis en vaardigheden. Bbl’ers waren een jaar na schoolverlaten ook overwegend tevreden over hun huidige functie (79 procent). Het niveau van de opleiding en het niveau dat de werkgever vereist sloot vooral voor jongere bbl’ers niet altijd op elkaar aan. Bijna een kwart van de bbl’ers jonger dan 20 jaar gaf aan dat ze werkzaam zijn op een hoger niveau dan waarop ze zijn afgestudeerd.