Relaties meest stabiel bij klein leeftijdsverschil

Samenwoners (gehuwd en ongehuwd) met een klein leeftijdsverschil hebben een grotere kans om bij elkaar te blijven dan stellen die meer in leeftijd schelen. Van de stellen met maximaal twee jaar leeftijdsverschil die in 2003 gingen samenwonen, was na twaalf jaar 25 procent uit elkaar. Stellen die twee tot vijf jaar in leeftijd verschillen gingen nauwelijks vaker uit elkaar. Is het leeftijdsverschil vijf tot tien jaar, dan is het risico op een scheiding 30 procent. Bij een nog groter leeftijdsverschil neemt het risico op scheiding verder toe.

Bij grote leeftijdsverschillen blijken relaties iets stabieler als de man ouder is dan de vrouw. Van de stellen waarvan de man vijf tot tien jaar ouder was dan de vrouw was na twaalf jaar 29 procent uit elkaar. Als de vrouw vijf tot tien jaar ouder was, was de (echt)scheidingskans 32 procent.

Jonge stellen scheiden vaker

Stellen die al op jonge leeftijd gingen samenwonen, gingen vaker uit elkaar. Van de stellen waarvan de vrouw bij het begin van de samenwoonrelatie 18 tot 20 jaar was, was bijna de helft (49 procent) na twaalf jaar uit elkaar. Was de vrouw 20 tot 25 jaar, dan lag het scheidingsrisico al duidelijk lager (29 procent). Stellen waarvan de vrouw bij aanvang van de samenwoonrelatie 25 jaar of ouder was, gingen het minst uit elkaar (25 procent).

Download CSVToon tabel

Na 12 jaar uit elkaar, naar leeftijd vrouw bij start samenwonen in 2003

	Uit elkaar (%)
18 tot 20 jaar	49,1
20 tot 25 jaar	28,8
25 tot 30 jaar	24,4
30 tot 35 jaar	25,2
35 tot 40 jaar	25,5
40 jaar of ouder	24,1

Na 12 jaar uit elkaar, naar leeftijd vrouw bij start samenwonen in 2003

	Uit elkaar (%)
18 tot 20 jaar	49,1
20 tot 25 jaar	28,8
25 tot 30 jaar	24,4
30 tot 35 jaar	25,2
35 tot 40 jaar	25,5
40 jaar of ouder	24,1

Stellen van twee hoogopgeleiden gaan het minst uit elkaar

Ook het onderwijsniveau van de partners speelt een rol bij de duurzaamheid van relaties. De kans dat samenwonende stellen uit elkaar gaan is het kleinst als beide partners hoogopgeleid zijn. Van de in 2003 gevormde stellen waarvan beide partners een hbo- of wo-diploma hadden was na twaalf jaar 19 procent uit elkaar. Het verschil met stellen met twee niet-hoogopgeleide partners is groot: van hen was 31 procent na twaalf jaar uit elkaar. De stabiliteit van samenwonende stellen met één hoogopgeleide partner ligt er tussenin.
Daarbij maakt het uit of de man of de vrouw hoogopgeleid is. Van de stellen waarvan alleen de vrouw hoogopgeleid was, was na twaalf jaar 27 procent uit elkaar. Bij stellen waarvan alleen de man hoogopgeleid was 24 procent van elkaar af. Een hoog onderwijsniveau van de man is voor de stabiliteit van relaties dus wat belangrijker dan een hoog onderwijsniveau van de vrouw.

Vaker uit elkaar zonder kinderen en met een laag inkomen

Naast het leeftijdsverschil tussen de partners, de leeftijd bij het begin van de samenwoonrelatie en het onderwijsniveau spelen meer factoren een rol in de kans dat stellen uit elkaar gaan. Ongetrouwde stellen en stellen zonder kinderen gaan vaker uit elkaar. Hetzelfde geldt indien er kinderen zijn uit een eerdere relatie, bij gemengde relaties voor wat betreft migratieachtergrond, als een of beide partners nog studeren, en als het stel een laag inkomen heeft. Ook neemt het scheidingsrisico na vier jaar samenwonen af.