Ruim 24 duizend mensen erbij in eerste kwartaal

© CBS / Nikki van Toorn
De Nederlandse bevolking is in het eerste kwartaal van 2019 sneller gegroeid dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Er kwamen ruim 24 duizend mensen bij, bijna twee keer zo veel als in het eerste kwartaal van 2018. Het aantal immigranten was hoger, maar er overleden ook minder mensen. Dat meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers.

Bevolkingsgroei eerste kwartaal*
 2018 (x 1 000)2019 (x 1 000)
Geboorte39,739,7
Sterfte45,640,5
Immigratie53,461,1
Emigratie34,936,1
Groei12,624,2
* voorlopige cijfers


In de eerste drie maanden van 2019 schreven zich ruim 61 duizend mensen vanuit het buitenland in bij een Nederlandse gemeente. Daarnaast vertrokken zo’n 36 duizend personen. Per saldo kwamen er daardoor 25 duizend mensen bij door buitenlandse migratie. In totaal kwam de bevolkingsgroei iets lager uit doordat er ruim 770 mensen meer overleden (bijna 41 duizend) dan dat er kinderen geboren werden (bijna 40 duizend). Vorig jaar was dit verschil groter. Toen overleden er bijna 46 duizend mensen in het eerste kwartaal, terwijl er ongeveer evenveel kinderen geboren werden als dit jaar.

Meer immigranten

Per saldo kwamen er door buitenlandse migratie in het eerste kwartaal van 2019 bijna 6,5 duizend mensen meer bij dan in het eerste kwartaal van 2018. Het aantal immigranten was ruim 7,5 duizend hoger, de emigratie nam met ruim duizend minder sterk toe.

Sinds 2018 vormen mensen met een Poolse migratieachtergrond weer de grootste groep migranten. In het afgelopen kwartaal was hun aantal hoger dan een jaar eerder. Een kleine 4 duizend Polen emigreerden, maar het aantal dat zich vestigde was groter (ruim 7 duizend). Ook migranten met een Indiase, Syrische of Oost-Europese achtergrond behoren al enkele jaren tot de sterkst groeiende herkomstgroepen. Ook bij hen was het migratiesaldo, het verschil tussen het aantal immigranten en emigranten, groter dan een jaar eerder. Binnen de top tien nam het aantal migranten met een Britse achtergrond procentueel het meest toe.

Top tien migratiesaldo naar migratieachtergrond*
 Eerste kwartaal 2019 (x 1 000)Eerste kwartaal 2018 (x 1 000)
Polen3,2512,357
(voorm.) Sovjet-Unie1,4141,025
Ver. Koninkrijk1,3820,536
India1,3711,082
Syrië1,3641,243
Roemenië1,3640,864
Turkije1,0630,727
Bulgarije1,0240,737
Ver. Staten0,8870,619
Italië0,7290,666
* voorlopige cijfers


Niet in alle herkomstgroepen nam de migratie toe. Van mensen met een Eritrese achtergrond vestigden zich in de eerste drie maanden van dit jaar ruim 500 mensen, een jaar eerder waren dat er nog ruim 800. Het aantal emigranten is klein. Ook kwamen er per saldo minder mensen met een Ethiopische achtergrond naar Nederland.

Lagere sterfte dan een jaar eerder

In het eerste kwartaal van 2019 kwam de natuurlijke aanwas, het saldo van geboorte en sterfte, met ruim -750 licht negatief uit. Een jaar eerder was dat nog -6 duizend. Toen was de sterfte relatief hoog, en overleden ongeveer 5 duizend meer mensen dan in het afgelopen kwartaal. Het aantal geboorten was vrijwel gelijk.

Sinds 2013 worden er naar verhouding weinig kinderen geboren, rond de 170 duizend per jaar. In 2001, toen de bevolkingsgroei in het eerste kwartaal net zo groot was als nu, waren dat er nog zo’n 200 duizend. De kans op een negatieve natuurlijke aanwas is overigens het grootst in het eerste kwartaal. Dan overlijden er relatief veel mensen, terwijl het aantal kinderen dat geboren wordt juist wat lager is dan in de rest van het jaar. In 2015 was er in het eerste kwartaal voor het eerst sprake van een negatieve natuurlijke aanwas, vorig jaar was de krimp het grootst.

Saldo geboorte en sterfte
JaarKwartaalNatuurlijke aanwas (x 1 000)
20131e kwartaal1,5
20132e kwartaal7,4
20133e kwartaal13,8
20134e kwartaal7,4
20141e kwartaal6,7
20142e kwartaal10
20143e kwartaal12,8
20144e kwartaal6,5
20151e kwartaal-1,5
20152e kwartaal6,7
20153e kwartaal12
20154e kwartaal6,2
20161e kwartaal1
20162e kwartaal7,2
20163e kwartaal12,1
20164e kwartaal3,2
20171e kwartaal-2,1
20172e kwartaal6,3
20173e kwartaal11
20174e kwartaal4,5
2018*1e kwartaal-6
2018*2e kwartaal6,9
2018*3e kwartaal10,2
2018*4e kwartaal3,5
'19*1e kwartaal-0,8
* voorlopige cijfers