Consumentenprijzen 1,7 procent hoger in 2018
In 2018 waren goederen gemiddeld 1,9 procent duurder, de prijzen van diensten lagen 1,5 procent boven het niveau van 2017.
Jaren | Consumentenprijzen (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|
1965 | 5,2 |
1966 | 5,8 |
1967 | 3,1 |
1968 | 3,7 |
1969 | 7,5 |
1970 | 4,4 |
1971 | 7,6 |
1972 | 7,8 |
1973 | 8 |
1974 | 9,6 |
1975 | 10,2 |
1976 | 8,8 |
1977 | 6,7 |
1978 | 4,1 |
1979 | 4,2 |
1980 | 6,5 |
1981 | 6,7 |
1982 | 6 |
1983 | 2,8 |
1984 | 3,3 |
1985 | 2,3 |
1986 | 0,2 |
1987 | -0,5 |
1988 | 0,7 |
1989 | 1,1 |
1990 | 2,5 |
1991 | 3,9 |
1992 | 3,7 |
1993 | 2,1 |
1994 | 2,7 |
1995 | 2 |
1996 | 2,1 |
1997 | 2,2 |
1998 | 2 |
1999 | 2,2 |
2000 | 2,6 |
2001 | 4,5 |
2002 | 3,4 |
2003 | 2,1 |
2004 | 1,2 |
2005 | 1,7 |
2006 | 1,1 |
2007 | 1,6 |
2008 | 2,5 |
2009 | 1,2 |
2010 | 1,3 |
2011 | 2,3 |
2012 | 2,5 |
2013 | 2,5 |
2014 | 1 |
2015 | 0,6 |
2016 | 0,3 |
2017 | 1,4 |
2018 | 1,7 |
Elektriciteit en gas duurder
De grotere stijging van de consumentenprijzen in 2018 is vooral toe te schrijven aan de prijsontwikkeling van elektriciteit en gas. In 2018 was elektriciteit gemiddeld 15,7 procent duurder dan in 2017. In 2017 was de prijsstijging 1,1 procent. De prijs van gas steeg in 2018 met 7,5 procent, terwijl de prijsstijging in 2017 op 2,1 procent uitkwam. Zowel de leveringstarieven als de heffingen op elektriciteit en gas waren in het afgelopen jaar flink hoger.
Ook producten voor persoonlijke verzorging waren in 2018 duurder. De prijsstijging van voeding was daarentegen in 2018 minder groot dan in 2017 en dat drukte de stijging van de consumentenprijzen in 2018.
2018 (%-punt) | 2017 (%-punt) | |
---|---|---|
Totaal | 1,7 | 1,4 |
Huisvesting, water en energie | 0,76 | 0,4 |
Vervoer | 0,33 | 0,32 |
Diverse goederen en diensten | 0,24 | 0,07 |
Horeca | 0,17 | 0,21 |
Consumptie in het buitenland | 0,12 | 0,13 |
Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken | 0,09 | 0,31 |
Alcoholhoudende dranken en tabak | 0,08 | 0,03 |
Recreatie en cultuur | 0,07 | 0,14 |
Communicatie | -0,18 | -0,22 |
Elektriciteit meest in prijs gestegen
Elektriciteit en gas behoorden in 2018 tot de sterkst in prijs gestegen producten en diensten. Ook de prijsstijging van overige verzekeringen zoals aansprakelijkheidsverzekeringen en rechtsbijstandsverzekeringen was aanzienlijk. De prijsstijging van voeding was met 0,9 procent in 2018 lager dan de gemiddelde prijsstijging van goederen en diensten.
Abonnementen voor mobiele telefonie daalden in 2018 het sterkst in prijs. Maar ook de prijzen van mobiele telefoons en beeld- en geluidsapparatuur waren lager.
Producten en diensten | %-mutatie t.o.v. een jaar eerder (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|
Elektriciteit | 15,7 |
Overige verzekeringen | 10,1 |
Vervoer buitenland | 7,6 |
Gas | 7,5 |
Spellen, speelgoed en hobby's | 7,0 |
Foto- en filmapparatuur en optische instrumenten | -4,6 |
Grote gereedschappen en werktuigen | -4,8 |
Mobiele telefoons | -7,7 |
Beeld- en geluidsapparatuur | -9,1 |
Mobiele telefoondiensten | -14,5 |
Cao-loonstijging groter dan stijging consumentenprijzen
De stijging van de cao-lonen was in 2018 groter dan die van de consumentenprijzen. De cao-lonen lagen 2,1 procent hoger dan in 2017. Dat is de grootste stijging na 2009. In 2017 was de toename van de cao-lonen even groot als die van de consumentenprijzen.
Jaren | Cao-lonen per uur inclusief bijzondere beloningen (% verandering t.o.v. een jaar eerder) | Consumentenprijzen (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|---|
2008 | 3,3 | 2,5 |
2009 | 2,8 | 1,2 |
2010 | 1,3 | 1,3 |
2011 | 1,1 | 2,3 |
2012 | 1,4 | 2,5 |
2013 | 1,2 | 2,5 |
2014 | 0,9 | 1 |
2015 | 1,4 | 0,6 |
2016 | 1,8 | 0,3 |
2017 | 1,4 | 1,4 |
2018 | 2,1 | 1,7 |
Stijging consumentenprijzen in Nederland iets lager dan in de eurozone
Naast de consumentenprijsindex (CPI) berekent het CBS ook de Europees geharmoniseerde prijsindex (HICP).
In 2018 was de prijsstijging van goederen en diensten in Nederland volgens de HICP gemiddeld 1,6 procent. De prijsstijging in de eurozone is uitgekomen op 1,7 procent. Zowel in Nederland als in de eurozone was de prijsstijging in 2018 hoger dan in de voorgaande vier jaar.
Periode | Nederland (% verandering t.o.v. een jaar eerder) | Eurozone (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|---|
1997 | 1,9 | 1,6 |
1998 | 1,8 | 1,1 |
1999 | 2 | 1,1 |
2000 | 2,3 | 2,1 |
2001 | 5,1 | 2,3 |
2002 | 3,9 | 2,2 |
2003 | 2,2 | 2,1 |
2004 | 1,4 | 2,1 |
2005 | 1,5 | 2,2 |
2006 | 1,6 | 2,2 |
2007 | 1,6 | 2,1 |
2008 | 2,2 | 3,3 |
2009 | 1 | 0,3 |
2010 | 0,9 | 1,6 |
2011 | 2,5 | 2,7 |
2012 | 2,8 | 2,5 |
2013 | 2,6 | 1,4 |
2014 | 0,3 | 0,4 |
2015 | 0,2 | 0 |
2016 | 0,1 | 0,2 |
2017 | 1,3 | 1,5 |
2018 | 1,6 | 1,7 |
Bron: CBS, Eurostat |
De HICP wordt volgens de Europees geharmoniseerde methode berekend zodat deze kan worden vergeleken met andere lidstaten van de Europese Unie. De prijsindexcijfers voor de eurozone en de Europese Unie als geheel worden berekend uit de HICP’s van de afzonderlijke lidstaten. De Europese Centrale Bank (ECB) gebruikt deze cijfers voor het monetaire beleid.
De HICP houdt in tegenstelling tot de CPI geen rekening met de kosten van het wonen in de eigen woning. In de CPI worden deze kosten berekend aan de hand van de ontwikkeling van woninghuren.
Bronnen
- StatLine - Consumentenprijzen
- StatLine - Consumentenprijsindex; vanaf 1963
Relevante links
- Achtergrond - CPI -Achtergrond jaarlijkse basisverlegging 2018
- Visualisatie - Prijzendashboard
- Dossier - Conjunctuur
- Nieuwsbericht - In 2018 grootste stijging cao-lonen na 2009
- Nieuwsbericht - Consumentenprijzen in december 2 procent hoger