Startkwalificatie (onderwijs)
Toelichting:
Het minimale niveau dat nodig is om een volwaardige plaats op de arbeidsmarkt te veroveren, of door te stromen naar vervolgonderwijs (hoger onderwijs). Het niveau hiervan is vastgesteld op een afgeronde havo- of vwo-opleiding of een basisberoepsopleiding (mbo-niveau 2). Wanneer jongeren met een kwalificatie op het niveau van het basisonderwijs, het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo; voorheen vbo en mavo), de eerste 3 leerjaren van havo/vwo of de entreeopleiding (de voormalige assistentenopleiding, mbo-niveau 1) het onderwijs verlaten, wordt verwacht dat ze problemen krijgen op de arbeidsmarkt. Dit geldt zowel voor het vinden van een baan als bij het doorstromen naar betere posities op de arbeidsmarkt. Dit betekent dat na het verlaten van het vmbo nog een opleiding moet worden gevolgd met een minimale opleidingsduur van (meestal) twee jaar. Het bezit van een startkwalificatie wordt afgeleid vanuit het behaalde onderwijsniveau. Personen met een opleiding op minimaal niveau 4.1 van de Standaard Onderwijsindeling (SOI) hebben een startkwalificatie behaald. Ook in de scholing van volwassenen wordt de startkwalificatie regelmatig als minimumeis genoemd.