Minder mensen met busrijbewijs
Nieuwe rijbewijsbezitters steeds jonger
De afgelopen jaren raakten veel meer mensen hun busrijbewijs kwijt, dan dat er nieuwe rijbewijsbezitters bijkwamen. Zo moet iedereen bij verlenging van een grootrijbewijs (vracht- en busrijbewijs) een medische keuring ondergaan. In het geval het busrijbewijs in de praktijk niet meer gebruikt wordt, zal het laten verlopen van dit rijbewijs vaak een kostenbesparende keuze zijn.
Hoewel het om lage aantallen gaat, is het aantal mensen dat een busrijbewijs haalt de laatste jaren juist gestegen. De gemiddelde leeftijd van deze nieuwkomers wordt daarnaast steeds lager. In 2016 slaagden bijna 1,2 duizend personen, met een gemiddelde leeftijd van 34 jaar, voor het busexamen. Drie jaar eerder waren dit nog iets meer dan 500 personen, van gemiddelde 41 jaar oud.
Relatief weinig 50-plussers met busrijbewijs én vakbekwaamheid
Vroeger haalde een deel van de dienstplichtigen tijdens hun dienstplicht gratis het grootrijbewijs, waaronder zowel het vrachtauto- als het busrijbewijs viel. Om die reden zijn er tegenwoordig nog relatief veel mensen van 50 jaar of ouder in het bezit van een busrijbewijs.
Van hen mag echter maar 16 procent (46 duizend) ook daadwerkelijk als beroepschauffeur rijden, omdat zij beschikken over de vereiste vakbekwaamheid. Onder 25- tot 50-jarigen met een busrijbewijs is dat 53 procent, bijna 13 duizend personen. Van de 450 jongeren tot 25 jaar met een busrijbewijs mag het merendeel (93 procent) als beroepschauffeur werken.
Personen met busrijbewijs | Personen met busrijbewijs en vakbekwaamheid | |
---|---|---|
18 tot 25 jaar | 0,5 | 0,4 |
25 tot 30 jaar | 1,7 | 1,2 |
30 tot 40 jaar | 6,6 | 3,7 |
40 tot 50 jaar | 16,1 | 8,1 |
50 tot 60 jaar | 119,5 | 36,7 |
60 tot 70 jaar | 137 | 8,8 |
70 jaar of ouder | 32,5 | 0,5 |
Bronnen
- StatLine – Personen met een rijbewijs