Bijna een kwart stemgerechtigden 65 jaar of ouder
De toename van het aantal 65-plussers gaat gepaard met een afname van het aantal 35- tot 65-jarigen. De sterke groei van het aantal 65-plussers is het effect van de naoorlogse babyboom, die liep tot 1955. Bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen hadden alleen de babyboomers uit 1946 en 1947 (grotendeels) de 65-jarige leeftijd bereikt. Bij de komende Tweede Kamerverkiezingen hebben ook alle personen geboren tot 1952 deze leeftijd bereikt, en daarmee bijna de helft van de hele babyboomgeneratie.
2012 | 2017 | |
---|---|---|
18 tot 35 jaar | 25 | 25 |
35 tot 65 jaar | 53 | 51 |
65 jaar of ouder | 22 | 24 |
Opkomst 65-plussers in 2012 het hoogst
Bij de verkiezingen in 2012 heeft naar eigen zeggen 86 procent van de 65-plussers gestemd, aanzienlijk meer dan de 71 procent stemmers onder jongeren tot 35 jaar. Hoe ouder de stemgerechtigde, hoe groter de kans dat hij of zij stemt.
De gegevens over stemgedrag, politieke voorkeur en vertrouwen in 2012 zijn gebaseerd op het onderzoek Sociale samenhang en Welzijn dat in de periode 2012–2015 onder 30,6 duizend personen is uitgevoerd. Hiermee worden geen uitspraken gedaan over het stemgedrag bij de komende verkiezingen.
stemmers | |
---|---|
18 tot 35 jaar | 71 |
35 tot 65 jaar | 80 |
65 jaar of ouder | 86 |
Leeftijd is niet alleen van invloed op het opkomstpercentage, maar ook op de partijkeuze. Zo trokken 50Plus en het CDA in 2012 relatief de meeste oudere stemmers, D66 en PVV de meeste jongeren. GroenLinks en de SP trokken destijds in verhouding de meeste stemmen onder de mensen van middelbare leeftijd (35 tot 65 jaar, 62 procent).
65 jaar of ouder | 35 tot 65 jaar | 18 tot 35 jaar | |
---|---|---|---|
D66 | 17 | 52 | 31 |
PVV | 17 | 54 | 29 |
Overig | 28 | 46 | 27 |
SGP | 21 | 54 | 26 |
VVD | 20 | 55 | 25 |
CU | 22 | 54 | 24 |
PvdD | 21 | 56 | 23 |
GL | 15 | 62 | 23 |
PvdA | 25 | 54 | 21 |
SP | 17 | 62 | 21 |
CDA | 49 | 41 | 10 |
50Plus | 64 | 34 | 2 |
65-plussers hebben minste vertrouwen in Tweede Kamer
Het vertrouwen in de Tweede Kamer was met 29 procent het laagst onder de oudere generatie (65-plus). Bij de jongeren (18 tot 35 jaar) was dit met 39 procent duidelijk hoger, de middengroep zat daar met 33 procent tussenin. Het vertrouwen in de medemens, het sociale vertrouwen, lag voor alle leeftijden een stuk hoger. De helft van alle 65-plussers had in 2012 vertrouwen in de medemens. Voor de jongeren en de mensen van middelbare leeftijd lag dit met ongeveer 60 procent wat hoger.
18 tot 35 jaar | 35 tot 65 jaar | 65 jaar of ouder | |
---|---|---|---|
Medemens | 62 | 60 | 51 |
EU | 46 | 32 | 30 |
Tweede Kamer | 39 | 33 | 29 |
Pers | 30 | 32 | 29 |
Profiel van het electoraat
De vergrijzing is de grootste verschuiving in het electoraat sinds 2012. Daarnaast zijn er kleine verschuivingen in bijvoorbeeld opleidingsniveau, herkomst, burgerlijke staat, stedelijkheid van de woongemeente en geslacht. In het artikel Het profiel van het electoraat in 2012 wordt nader ingegaan op stemgedrag en vertrouwen.
Bronnen
- Tabel - Electoraat 2012 en 2017
Relevante links
- Artikel - Het profiel van het electoraat in 2012
- Nieuwsbericht - Bijna 13 miljoen kiesgerechtigden op 15 maart
- Video - Is er een tweedeling tussen jong en oud?
- Dossier - vergrijzing