Minder meldingen brandweer in 2016
Van de 222 duizend meldingen van incidenten die in 2016 bij de meldkamers van de brandweer binnenkwamen leidden 141 duizend tot het daadwerkelijk alarmeren van de brandweer, een goede 10 duizend alarmeringen minder dan het daar jaar daarvoor. Ruim één derde van de meldingen werden door de meldkamer zelf afgehandeld. Dat is ongeveer evenveel als voorgaande jaren. De alarmeringen leidden in 93 procent van de gevallen tot het daadwerkelijk uitrijden van de brandweer die in 82 procent van de keren ook daadwerkelijk ter plaatse kwam. In de overige gevallen bleek dat de brandweer niet meer nodig was en werd de inzet afgebroken.
Minder storm, minder hulpverleningen
Het aantal verzoeken om hulp daalde in 2016 naar bijna 98 duizend meldingen. Dat was 11 duizend minder dan een jaar eerder. De voornaamste reden was rustiger weer. Zorgde de zomerstorm van 25 juli 2015 nog voor een piek in het aantal verzoeken om hulp, de hevigste storm van 2016, in november, was minder zwaar en leidde daardoor tot minder meldingen bij de brandweer. Wel zorgden zeer zware regen en hagelbuien eind juni 2016 voor veel overlast in het zuidoosten van Nederland en daardoor voor meer meldingen in het tweede kwartaal.
Van de binnengekomen hulpverleningsmeldingen werd 37 procent afgehandeld door de meldkamer zelf. Bij merendeel (63 procent) van de meldingen werden brandweerkorpsen gealarmeerd. In bijna 55 duizend gevallen kwamen zij daadwerkelijk voor hulp ter plaatse.
Minder brandmeldingen door brandmeldinstallaties
Telefonisten van brandweermeldkamers kregen 124 duizend meldingen van brand in 2016. Dit betrof 79 duizend meldingen vanuit brandmeldinstallaties en 45 duizend telefonische meldingen. Het aantal meldingen van brand daalde met ruim 1,1 duizend ten opzicht van 2015. Voor het tweede jaar op rij waren er vooral minder meldingen vanuit brandmeldinstallaties. Omdat meldkamers een deel van deze automatische meldingen zelf afhandelde, leidde dit uiteindelijk tot 41 duizend alarmeringen bij de brandweer. Van deze alarmeringen was het in bijna vier op de tien gevallen niet nodig om ter plaatse op het incidentadres te komen.
Meer telefonische meldingen van brand
Het aantal telefonische meldingen van brand was in 2016 licht gestegen ten opzichte van een jaar eerder naar iets meer dan 45 duizend. Dat is voor het eerst sinds drie jaar. In 2014 en 2015 daalde het aantal telefonische meldingen nog. De toename leidde echter tot amper meer alarmeringen voor de brandweer omdat de meldkamer zelf veel van de extra meldingen kon afhandelen. Bij telefonische meldingen kwam de brandweer in meer dan 90 procent van de alarmeringen ter plaatse.
Rijtijd | Uitruktijd | Alarmeringstijd | |
---|---|---|---|
2016 | 4 | 2,8 | 0,7 |
2015 | 4 | 2,8 | 0,6 |
Reponstijd bijna gelijk aan vorig jaar
De gemiddelde responstijd bij brand is in 2016 met 6 seconden toegenomen. De responstijd is de tijd vanaf het moment van de aanname door de brandweercentralist en het ter plaatse verschijnen van de brandweer op het adres van het incident. Gemiddeld deed de brandweer in 2016 er 7,5 minuten over om bij het incidentadres te komen. De gemiddelde tijd tussen de aanname door de brandweercentralist en het alarmeren van de brandweer nam met 6 seconden toe. De gemiddelde uitruktijd en rijtijd zijn gelijk gebleven.
Om het aantal loze meldingen terug te dringen, investeerden meldkamers meer tijd in de verificatie van de melding alvorens de brandweer te alarmeren.
Bronnen
- StatLine - Branden en hulpverleningen; meldingen bij de brandweermeldkamer
- StatLine - Branden en hulpverleningen; alarmering van de brandweer, regio
- StatLine - Branden; reactietijden van de brandweer
Relevante links
- Nieuwsbericht - Uitgaven gemeenten brandweer gedaald