Bijna 60 miljoen passagiers via Schiphol

Door de jaren heen is het aantal passagiers dat gebruikt maakt van Schiphol sterk gestegen. Waar in 1946 zo’n 348 duizend passagiers via deze luchthaven vlogen, werd in 1959 de grens van 1 miljoen passagiers bereikt. Een kwart eeuw later, in 1984, vlogen er al meer dan 10 miljoen passagiers via Schiphol. In de jaren daarna is het aantal passagiers steeds sterker gegroeid: in 1993 ontving Schiphol voor het eerst 20 miljoen passagiers, in 1997 30 miljoen passagiers en in 2002 werd al de grens van 40 miljoen passagiers gepasseerd.

Na de economische crisis in 2008 is het aantal passagiers in 2009 flink gedaald, om daarna weer jaarlijks te groeien tot ruim 58 miljoen passagiers in 2015. In de eerste twee kwartalen van dit jaar nam het aantal passagiers verder toe, met respectievelijk 12 en 8 procent. Schiphol ligt daarmee op koers om in 2016 boven de 60 miljoen passagiers uit te komen.

Steeds vaker intercontinentaal

In 1966, een halve eeuw na de opening, vlogen bijna 3 miljoen reizigers van en naar Schiphol. Hiervan vlogen vier van de vijf passagiers binnen Europa. Londen, Parijs, Kopenhagen en Brussel waren het meest populair. Ook werd er in dat jaar door 570 duizend passagiers intercontinentaal gevlogen. Voor deze mensen waren New York en Montreal het vaakst de bestemming. Op binnenlandse vluchten werden in dat jaar bijna 20 duizend passagiers vervoerd.

Dertig jaar later, in 1996, vloog bijna 40 procent van de passagiers intercontinentaal. Door onder meer de opkomst van de prijsvechters, die voornamelijk binnen Europa vliegen, is dit aandeel in de afgelopen negentien jaar gedaald naar ruim 30 procent in 2015. Eerder meldde CBS al dat het aantal passagiers dat via een Nederlandse luchthaven met een prijsvechter vliegt, de laatste vijftien jaar sterker is toegenomen dan het aantal dat met een traditionele maatschappij vliegt. Van alle passagiers die in 2015 via Schiphol reisden, vloog bijna 30 procent met een prijsvechter.

Toename vliegvakanties van Nederlanders

De groei van de luchtvaart in Nederland is ook terug te zien in het aantal vliegvakanties van Nederlanders. In 1990 werden 1,8 miljoen vakanties met het vliegtuig begonnen, 16,5 procent van het totaal aantal vakanties. Tien jaar later was dit aandeel al gestegen naar bijna 30 procent. In 2011 werd de grens van 35 procent overschreden en in 2015 bedroeg het aandeel al bijna 40 procent. In totaal gingen Nederlanders in 2015 bijna 7 miljoen keer met het vliegtuig op vakantie.

Vrachtvervoer door de jaren heen

Ook het vrachtvervoer op Amsterdam Schiphol is door de jaren heen sterk gegroeid. Waar in 1966 nog 105 duizend ton goederen via Schiphol werd vervoerd, bedroeg dit dertig jaar later al bijna 1,1 miljoen ton. Vooral het intercontinentale vervoer droeg bij aan deze sterke stijging. Tussen 1966 en 1996 is de hoeveelheid vervoerde vracht op intercontinentale vluchten namelijk van 36 naar 959 duizend ton gestegen, terwijl het vervoer binnen Europa toenam van 68 naar 124 duizend ton.

Ook in de laatste 19 jaar kan de groei van het vrachtvervoer bijna volledig worden toegeschreven aan het intercontinentale vervoer, welk een stijging laat zien van 55 procent tot 1,5 miljoen ton in 2015. Het vervoer binnen Europa steeg in dezelfde periode met 8,8 procent tot 134 duizend ton.