Overgewicht

De maat voor onder- of overgewicht is de Body Mass Index (BMI). De BMI is het quotiënt van het lichaamsgewicht in kilogrammen en het kwadraat van de lengte in meters [kg/m2]. Voor volwassenen van 20 jaar of ouder zijn de criteria:
1. Ondergewicht: BMI < 18,5
2. Normaal gewicht: BMI >= 18,5 en < 25,0
3. Overgewicht: BMI >= 25,0
a. Matig overgewicht: BMI >= 25,0 en < 30,0
b. Ernstig overgewicht (obesitas): BMI >= 30,0
Voor personen jonger dan 20 jaar gelden andere grenswaarden. Deze waarden hangen af van de leeftijd en het geslacht.
Met de grenswaarden van de BMI volgt CBS de internationale standaarden die zijn vastgesteld door de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO).
Om overgewicht te bepalen wordt in de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor gevraagd naar zowel lengte (zonder schoenen aan) als gewicht (zonder kleren aan). De vragen over lengte en gewicht van kinderen jonger dan 12 jaar worden beantwoord door een ouder/verzorger. Als een kind de onderzoekspersoon is in het onderzoek, wordt daarnaast ook naar de lengte en het gewicht van de ouder(s)/verzorger(s) zelf gevraagd.