Hogere bevolkingsgroei door migratie
In de eerste zes maanden van 2016 schreven 99 duizend immigranten zich in bij een Nederlandse gemeente. Dat waren er 17 duizend meer dan in de eerste helft van 2015, en meer dan ooit in een eerste halfjaar door CBS gemeten is. Er emigreerden 64 duizend mensen, ongeveer evenveel als een jaar eerder. Het migratiesaldo kwam daarmee uit op 35 duizend.
Natuurlijke aanwas speelde een veel kleinere rol in de groei, maar was met 7,5 duizend wel hoger dan in de eerste zes maanden van vorig jaar (5 duizend). Er werden wat meer kinderen geboren en er overleden wat minder mensen. De natuurlijke aanwas is nog altijd relatief laag, maar lijkt na een dieptepunt in 2015 nu weer wat toe te nemen.
2015* | 2016* | |
---|---|---|
Geboorte | 82 | 84 |
Sterfte | 77 | 76 |
Immigratie | 82 | 99 |
Emigratie | 65 | 64 |
Hoogste bevolkingsgroei sinds 2001
De bevolkingsgroei in het eerste halfjaar is sinds het begin van deze eeuw niet meer zo hoog geweest. In 2000 en 2001 kwamen er in de eerste zes maanden nog ruim 50 duizend personen bij. Toen was ruim 40 procent van de groei het gevolg van migratie, nu is dat ruim 80 procent.
Natuurlijke aanwas | Migratiesaldo | Bevolkingsgroei (rechteras) | |
---|---|---|---|
1995 | 27,4 | 7,3 | 34,7 |
1996 | 20,2 | 3,8 | 24 |
1997 | 26,1 | 10,5 | 36,6 |
1998 | 27,3 | 14,3 | 41,6 |
1999 | 26,2 | 16,4 | 42,7 |
2000 | 29,6 | 22,3 | 51,8 |
2001 | 28 | 23,5 | 51,4 |
2002 | 25 | 12,2 | 37,2 |
2003 | 26,8 | 1 | 27,9 |
2004 | 25,8 | -11,3 | 14,5 |
2005 | 20,9 | -13,9 | 7,1 |
2006 | 21,2 | -18,7 | 2,5 |
2007 | 21 | -4,4 | 16,5 |
2008 | 20,5 | 9,1 | 29,5 |
2009 | 20,9 | 14 | 34,9 |
2010 | 20,1 | 11,1 | 31,1 |
2011 | 20,7 | 10,1 | 30,8 |
2012 | 14,6 | -0,3 | 14,3 |
2013 | 8,9 | 3,7 | 12,5 |
2014 | 16,7 | 11,8 | 28,5 |
2015 | 5 | 16,7 | 21,7 |
2016* | 7 | 35 | 43 |
Meer immigranten
Het migratiesaldo kwam ruim twee keer zo hoog uit als in het eerste halfjaar van 2015. Een deel van deze toename komt doordat zich een groter aantal voormalige asielzoekers heeft ingeschreven bij een gemeente. Dat kan zodra ze een verblijfsvergunning hebben of langer dan zes maanden in een opvangcentrum verblijven. De hoge asielinstroom van 2015 is terug te zien in de migratie. Het aantal Syrische (15 duizend) en Eritrese (2 duizend) migranten dat er per saldo bijkwam in het eerste halfjaar van 2016 is groter dan in dezelfde periode vorig jaar.
Ook van veel andere groepen is de instroom groter dan vorig jaar, bijvoorbeeld uit India en uit Oost-Europese landen zoals Roemenië, Bulgarije en Hongarije. Het aantal Polen dat erbij kwam (bijna 5 duizend) is niet toegenomen. Zij maken echter nog wel een groot deel uit van het migratiesaldo.
2016 | 2015 | |
---|---|---|
Syrië | 15 | 9 |
Polen | 5 | 5 |
Eritrea | 1,9 | 1 |
Ethiopië | 1,8 | 0,4 |
India | 1,6 | 1,1 |
Van sommige groepen vertrekken er meer mensen dan erbij komen. Dit is het geval bij autochtone Nederlanders en mensen met een Turkse herkomst. Van deze groepen was het vertrekoverschot in het eerste halfjaar van 2016 echter kleiner dan in dezelfde periode vorig jaar. Een groep die per saldo sterker is gekrompen zijn de Somaliërs. In dit eerste halfjaar vertrokken er ongeveer vijfhonderd, tegenover honderd vorig jaar.
Bronnen
- StatLine - Bevolking en bevolkingsontwikkeling
- Tabel - Immigranten, emigranten en het migratiesaldo naar herkomstgroepering