Welvaartsindex

De hier gebruikte, experimentele, welvaartsmaat gaat uit van het gestandaardiseerd besteedbaar inkomen waaraan een deel van het gestandaardiseerde vermogen wordt toegevoegd. Dit deel is groter naarmate de levensverwachting van de hoofdkostwinner van het huishouden korter is. De gedachte hierachter is dat er met het oplopen van de leeftijd steeds minder jaren resteren om het vermogen op te eten. In formule ziet de welvaartsmaat er zo uit:

Welvaart = gestandaardiseerd inkomen + α x gestandaardiseerd vermogen,

met α gelijk aan 1/levensverwachting van de hoofdkostwinner van het huishouden. De levensverwachting hangt af van de leeftijd en het geslacht van de hoofdkostwinner.