23 duizend startende ondernemers met een niet-Nederlandse nationaliteit
Een op de zes nieuwe bedrijven in Nederland werd in 2014 opgericht door iemand met tenminste één niet-Nederlandse nationaliteit. In totaal waren er 23 duizend ondernemers met een niet-Nederlandse nationaliteit die een bedrijf opstartten. Ondernemers met zowel de Nederlandse als een buitenlandse nationaliteit worden hierbij tot ondernemers met een buitenlandse nationaliteit gerekend. Dat meldt CBS.
Ondernemers met een niet-Nederlandse nationaliteit zijn doorgaans jonger wanneer ze hun bedrijf oprichten dan hun Nederlandse evenknieën. Verschillende nationaliteiten richten zich bovendien op verschillende sectoren.
In totaal werden in 2014 zo’n 132 duizend bedrijven opgericht door ondernemers (zelfstandig ondernemers met of zonder personeel en directeuren-grootaandeelhouders) tussen de 20 en 65 jaar. Het overgrote deel van deze bedrijven had oprichters met alleen de Nederlandse nationaliteit.
Turken en Marokkanen grootste groepen
De meeste ondernemers met een niet-Nederlandse nationaliteit die in 2014 een bedrijf zijn gestart zijn Turks of Marokkaans. Dat zijn tevens de grootste niet-Nederlandse nationaliteiten in Nederland. In 2014 zijn ruim 4 500 ondernemers met een Turkse nationaliteit een bedrijf gestart en bijna 2 800 Marokkaanse ondernemers.
Wanneer naar het aandeel ondernemers binnen een bevolkingsgroep wordt gekeken, waren het juist de Oost-Europeanen die in 2014 het vaakst een nieuw bedrijf oprichtten.
Ruim 5 procent van alle personen met een Bulgaarse nationaliteit in Nederland is in 2014 een eigen bedrijf begonnen. Ook Roemenen en Hongaren hebben relatief vaak een eigen bedrijf opgericht, met respectievelijk 4,2 en 3,0 procent van de totale groep. Daarentegen zijn er relatief weinig bedrijven gestart door ondernemers met een Chinese, Marokkaanse en Duitse nationaliteit. Van alle Nederlanders tussen de 20 en 65 jaar is 1,6 procent in 2014 een bedrijf gestart.
Nederlandse ondernemers doorgaans ouder bij oprichting bedrijf
De meeste bedrijven in 2014 zijn gestart door ondernemers tussen de 25 en 35 jaar oud. Het aantal oprichtingen neemt vervolgens af in de hogere leeftijdscategorieën.
Ondernemers met alleen de Nederlandse nationaliteit zijn doorgaans ouder als ze hun bedrijf beginnen: bijna de helft van deze ondernemers die in 2014 een bedrijf hebben opgericht was de veertig al gepasseerd. Van de ondernemers met een niet-Nederlandse nationaliteit die een bedrijf zijn gestart, is zeventig procent juist jonger dan 40 jaar. Bij sommige nationaliteiten hangt de jongere leeftijd van bedrijfsoprichting samen met de lagere gemiddelde leeftijd van de totale groep. Dat geldt bijvoorbeeld voor Indiërs en Chinezen.
Driekwart van de ondernemers die in 2014 een bedrijf zijn gestart, is man en een kwart is dus vrouw. Deze indeling is gelijk voor ondernemers met een Nederlandse en niet-Nederlandse nationaliteit. Dit beeld komt ook overeen met de voorgaande jaren.
Verschillen per sector
Nederlanders richten net als ondernemers met een Britse en Duitse nationaliteit vooral in de zakelijke dienstverlening een bedrijf op. Ondernemers met een Britse nationaliteit starten bijvoorbeeld vaak advies- en reclamebureaus of een bedrijf binnen de softwareontwikkeling.
Ondernemers van Turkse of Marokkaanse komaf beginnen vaak een eigen supermarkt, vershandel of taxibedrijf. De bouwnijverheid is de meest populaire sector voor ondernemers met een Poolse nationaliteit.