Aspergeteelt Noord-Limburg in 15 jaar met 66 procent toegenomen

De oppervlakte landbouwgrond die in Nederland wordt gebruikt voor de teelt van asperges is sinds 2000 met bijna 60 procent gestegen. De oppervlakte groeide met 1230 hectare tot ruim 3300 hectare in 2014. De aspergeteelt groeide het hardst in de provincies Noord-Brabant en Limburg. In Noord-Limburg nam de aspergeteelt met 66 procent fors toe. Dit maakt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vandaag bekend.

Aspergeteelt kent pieken en dalen

De teelt van asperges in Nederland laat een grillig verloop zien. De teelt nam een hoge vlucht in de jaren ‘50 van de vorige eeuw, aangemoedigd door het Nederlandse landbouwbeleid. Op het hoogtepunt in 1963 bestaat het aspergeareaal uit 5100 hectare. Daarna daalt het oppervlakte in rap tempo tot 2300 hectare in 1980 om daarna weer te stijgen naar 2800 hectare in 1987. Een nieuw dieptepunt werd in 2000 bereikt toen het aspergeareaal daalde tot 2100 hectare. Daarna volgt weer een constante stijging met in 2014 een oppervlakte van 3300 hectare.

Het totale areaal asperges heeft grote veranderingen ondergaan, maar de totale opbrengst aan asperges laat steeds een stijgende trend zien. Dankzij verbeterde teeltmethoden en de introductie van productievere rassen is de opbrengst per hectare sinds de jaren ‘50 geleidelijk meer dan verdrievoudigd.

Areaal asperges per gemeente, 2014

Areaal asperges per gemeente, 2014

Noord-Limburg als centrum aspergeteelt

De aspergeteelt groeit vooral in de negentiende eeuw op de zandgronden achter de duinen van Noord- en Zuid-Holland en op de zandgronden rond Bergen op Zoom, de zogenoemde Brabantse Wal. Van deze teeltgebieden is alleen de Brabantse Wal nog over. Noord-Limburg is al snel het belangrijkste aspergegebied met Grubbenvorst als centrum. De aanwezige zandgronden zijn zeer geschikt voor de teelt, goedkope arbeidskrachten zijn ruim voorhanden en het Ruhrgebied ligt als grote afzetmarkt in de buurt. In 1980 is 82 procent van het areaal asperges in Noord-Limburg te vinden, in 2014 is dat nog steeds 61 procent.

Noord-Brabant is de tweede aspergeprovincie met een aandeel van 34 procent in 2014. Vooral op de zandgronden in Noord-Brabant is de teelt de laatste jaren gegroeid. In 2014 neemt het Westelijk Peelgebied 16 procent van het totale areaal voor zijn rekening, Midden-Noord-Brabant 6 procent. Ook in de andere provincies vindt meer aspergeteelt plaats, vooral op de zandgronden.

Asperges steeds vroeger dankzij nieuwe teeltmethoden

Traditioneel start het aspergeseizoen op de tweede donderdag van april en eindigt het op Sint Jan. Op die dag, 24 juni, wordt de geboortedag gevierd van Johannes de Doper. Dankzij nieuwe teeltmethoden zoals de warme teelt, komen de Hollandse asperges steeds vroeger op de markt. Bij warme teelt worden de asperges afgedekt met een speciaal plastic folie, voorzien van een zwarte en een witte kant. Met de zwarte kant boven wordt zonnewarmte opgenomen en met de witte kant boven kan zonlicht worden tegengehouden als de temperatuur teveel oploopt.

Een andere innovatie is bodemverwarming. Daarbij wordt warm water door slangen onder de aspergebedden gepompt. Om de aspergeteelt nog meer te vervroegen worden ook grote plastic tunnels over de aspergebedden aangebracht die omhoog gehouden worden door er lucht onder te laten stromen. De lucht in deze blaastunnels wordt overdag verwarmd door de zon. De opgewarmde lucht zorgt ervoor dat de bedden ’s nachts niet te veel afkoelen, en dat de bodemverwarming minder hard hoeft te draaien.

Ten slotte leidt ook het telen van asperges in verwarmde kassen tot een aanzienlijke vervroeging van het aspergeseizoen. Tegenwoordig zijn de eerste Hollandse asperges al rond half maart te koop.

Export van asperges blijft vooral binnen Europa

Nederland voert vooral asperges uit naar landen binnen Europa. In 2013 is 17,5 miljoen kilo asperges (Nederlandse en buitenlandse) de grens over gegaan. Dit is 12 procent minder dan het jaar daarvoor. Bijna 60 procent van alle uitgevoerde asperges komt in Duitsland en België terecht.

In 2014 wordt ruim een vijfde van de in Nederland geproduceerde asperges uitgevoerd. Dat is ruim 3,8 miljoen kilo. Van de geëxporteerde Nederlandse asperges gaat ongeveer de helft naar Duitsland, een kwart naar Frankrijk en een tiende naar België.

Invoer van asperges voornamelijk uit Peru en Mexico

Een klein deel van de asperges die in ons land op de markt gebracht wordt,  komt uit het buitenland. In 2013 werd er 13 miljoen kilo asperges geïmporteerd. Dit is 10 procent minder dan in 2012. Peru is de belangrijkste aspergeleverancier met ruim 10 miljoen kilo, 12 procent minder dan een jaar eerder. Mexico levert in 2013 ruim 1 miljoen kilo, een stijging van 23 procent vergeleken met een jaar eerder. Bijna 90 procent van alle ingevoerde asperges komt uit Amerika.

Bronnen: