Indien een persoon na scheiding financieel niet of slechts gedeeltelijk in staat is om in zijn of haar levensonderhoud te voorzien, moet de ex-partner financieel bijspringen als deze er de financiële ruimte voor heeft. Daarbij wordt ook rekening gehouden met de levensstandaard waar men aan gewend is. Over de hoogte van de partneralimentatie kunnen ex-partners in principe zelf afspraken maken. Deze afspraken kunnen vervolgens worden vastgelegd in een convenant. Als dit niet lukt, kan de rechter de hoogte van de partneralimentatie vaststellen, rekening houdend met de behoefte aan alimentatie van degene die financiële ondersteuning nodig heeft en de draagkracht van de partner die alimentatie moet betalen. Tot 1994 kon deze alimentatieplicht levenslang duren. Sindsdien is de maximumduur vastgesteld op twaalf jaar. Als het huwelijk korter dan vijf jaar heeft geduurd en er geen kinderen zijn, kan de alimentatieverplichting niet langer duren dan de duur van het huwelijk. Terug naar artikel