De ingeschatte kans op woninginbraak en daadwerkelijk ondervonden (poging tot) inbraak is gemeten in de jaren 2008 tot en met 2011 in de Integrale Veiligheidsmonitor (IVM). In 2012 is de onderzoeksopzet van de IVM verbeterd en overgegaan in de Veiligheidsmonitor (VM). Verschillen in de onderzoeksopzet tussen IVM en VM hebben tot gevolg dat er systematische effecten optreden in de uitkomsten (methodebreuken). Om de continuïteit van de belangrijkste variabelen zo goed mogelijk te waarborgen, is in 2012 nogmaals de IVM met een beperkte steekproefomvang van circa 6 duizend personen parallel uitgevoerd aan de VM. Hiermee zijn correctiefactoren bepaald om de uitkomsten uit de IVM in 2008 tot en met 2011 te corrigeren naar het niveau van de VM. De hier gepresenteerde percentages voor die jaren zijn dus omgerekende waarden.
Terug naar artikel