Onderzoek pensioendilemma’s
De gegevens komen uit het onderzoek Belevingen dat van maart tot en met mei 2013 door het CBS is uitgevoerd. Doel van dat onderzoek is om, aan de hand van opvattingen, percepties en meningen van volwassen inwoners van Nederland een beter beeld te krijgen van gevoelens en ontwikkelingen in de Nederlandse samenleving. In 2013 stond het thema ‘Arbeid en vergrijzing’ centraal. De respons op dit onderzoek bedroeg 62 procent. In totaal zijn gegevens beschikbaar van 3 655 personen van 18 jaar en ouder. Voor de hier beschreven analyses zijn uitsluitend mensen geselecteerd die via de werkgever pensioen opbouwen. In totaal gaat het om 1 697 personen.
Werknemers die via hun werkgever pensioen opbouwen, zijn de volgende vier pensioendilemma’s voorgelegd:
1. Mensen leven tegenwoordig langer waardoor het pensioenstelsel meer geld kost. Vindt u het dan het meest logische dat:
A: mensen een lager pensioen krijgen of
B: mensen langer door moeten werken?
2. Als er te weinig geld in kas zit om straks alle pensioenen uit te kunnen betalen. Vindt u dan dat:
A: werkgevers en werknemers meer premie moeten betalen of
B: de huidige pensioenen verlaagd moeten worden?
3. Als u zelf de pensioenregeling zou mogen opstellen gaat dan uw voorkeur uit naar:
A: een hoger pensioen later, ook al moet u daar nu meer premie voor betalen of
B: een lager pensioen later, tegen een lagere premie nu?
4. Heeft u liever een regeling waarin pensioenpremies
A: voorzichtig worden belegd, ook al valt uw pensioen dan waarschijnlijk lager uit of
B: minder voorzichtig worden belegd, waarbij uw pensioen veel hoger maar ook veel lager kan uitvallen?
Zij konden steeds kiezen uit ‘Keuze A’, ‘Keuze B’ en ‘Geen mening / geen antwoord’.
Dezelfde dilemma’s zijn in mei 2013 ook opgenomen in het CBS webpanel. In mei 2013 hebben 1 025 personen aan het panel deelgenomen, waarvan 478 werknemers die via hun werkgever pensioen opbouwen. Aan deze werknemers zijn ook de pensioendilemma’s voorgelegd. In tegenstelling tot in het onderzoek Belevingen konden zij hun antwoorden toelichten. Deze toelichtingen zijn gebruikt om de resultaten te duiden.