Conjunctuurbeeld blijft slecht
Het conjunctuurbeeld is eind mei even slecht als eind april. Verbeteringen en verslechteringen in de Conjunctuurklok houden elkaar in evenwicht. Het zwaartepunt van de indicatoren ligt nog steeds in de fase van laagconjunctuur. Alle indicatoren in de Conjunctuurklok presteren onder hun langjarig gemiddelde.
De Nederlandse economie kromp in het eerste kwartaal met 1,7 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Vergeleken met het vierde kwartaal van 2012 kromp de economie met 0,1 procent. Bij de kwartaal-op-kwartaalgroei is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten.
De stemming onder consumenten verbeterde in mei voor de derde maand op rij, maar blijft erg negatief. De ondernemers in de industrie waren in mei minder somber dan in april.
De kapitaalmarktrente was in april 1,7 procent. Dit is even hoog als in maart. De inflatie bedroeg in april 2,6 procent. Bestaande koopwoningen waren 7,6 procent goedkoper dan in april 2012. Fabrikanten in de industrie rekenden in april 2,2 procent minder voor hun producten dan een jaar eerder.
De voor seizoeneffecten gecorrigeerde werkloosheid liep in april op naar 650 duizend. Het aantal banen daalde in het eerste kwartaal verder, net als het aantal vacatures en het aantal uren dat werd gewerkt voor uitzendbureaus.
Bruto binnenlands product (bbp)
Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.
Voor meer conjunctuurinformatie zie: conjunctuurbericht.