Laagconjunctuur
Het conjunctuurbeeld was eind oktober slechter dan eind september. Per saldo waren er meer verslechteringen dan verbeteringen. Het zwaartepunt van de indicatoren in de Conjunctuurklok ligt diep in de fase van laagconjunctuur. Veertien van de vijftien indicatoren in de Conjunctuurklok presteren onder hun langjarig gemiddelde.
De Nederlandse economie kromp in het tweede kwartaal met 0,4 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. In het eerste kwartaal kromp de economie met 0,8 procent. Vergeleken met het voorafgaande kwartaal groeide de economie in het tweede kwartaal met 0,2 procent. Ook in het eerste kwartaal groeide de economie met 0,2 procent ten opzichte van een kwartaal eerder. Bij de kwartaal-op-kwartaalgroei is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten.
Consumenten waren in oktober wat somberder dan in september. Ook de stemming van de producenten in de industrie verslechterde.
De productie van de industrie was in augustus 0,6 procent lager dan in augustus 2011. Het volume van de uitvoer van goederen was 2,5 procent groter. Het volume van de bedrijfsinvesteringen in materiële vaste activa was vrijwel even groot als een jaar eerder. Door huishoudens werd in augustus 2,0 procent minder besteed dan in augustus 2011.
De kapitaalmarktrente kwam in september uit op 1,8 procent, net als een maand eerder. De inflatie bedroeg 2,3 procent, net als in juli en augustus. De prijzen van verkochte bestaande koopwoningen waren in september 7,9 procent lager dan in september 2011. De afzetprijzen van de industrie waren 4,1 procent hoger dan een jaar eerder.
De voor seizoeneffecten gecorrigeerde werkloosheid liep in september verder op. Het aantal vacatures daalde in het tweede kwartaal verder, net als het aantal banen. Er werden in het tweede kwartaal van 2012 wel meer uren gewerkt voor uitzendbureaus dan in het eerste kwartaal.
Bruto binnenlands product (bbp)
Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.
Voor meer conjunctuurinformatie zie: conjunctuurbericht.