Inflatie daalt flink
De inflatie kwam in mei uit op 2,1 procent. Dit is 0,3 procentpunt lager dan in april. De afname komt voor een belangrijk deel door de prijsontwikkeling van benzine. De inflatie wordt berekend uit de stijging van de consumentenprijsindex (CPI) ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder.
De benzineprijs was nog wel ruim 4 procent hoger dan een jaar eerder, maar de prijsstijging was minder groot dan in april (ruim 7 procent).
Behalve de prijsontwikkeling van benzine had ook de prijsontwikkeling van kleding, dranken (zowel alcoholische als alcoholvrije), energie en schoonheidsartikelen een neerwaarts effect op de inflatie. De prijzen voor kleding, dranken en energie waren weliswaar hoger dan een jaar eerder, maar de prijsstijging was minder groot dan voorgaande maand. Schoonheidsartikelen waren wat goedkoper dan in mei 2011. In april waren de prijzen van deze producten juist iets hoger dan een jaar eerder.
Duurdere huisvesting, water en energie en hogere prijzen voor vervoer droegen respectievelijk 0,7 en 0,3 procentpunt bij aan de inflatie van 2,1 procent in mei. Andere goederen en diensten droegen ook bij aan de inflatie, maar in mindere mate.
Om de inflatie tussen de lidstaten van de Europese Unie te kunnen vergelijken worden geharmoniseerde prijsindices (HICP) berekend. Volgens deze methode kwam de inflatie in Nederland in mei uit op 2,5 procent. In april was dit 2,8 procent. Voor de eurozone berekende Eurostat, het Europees statistisch bureau, een inflatie van 2,4 procent, tegen 2,6 procent in april. Voor de Europese Centrale Bank (ECB) is de hoogte van de inflatie in de eurozone een belangrijk richtsnoer bij het bepalen van het rentepeil. Volgens de ECB heerst er prijsstabiliteit als de inflatie in de eurozone in de buurt van de 2 procent ligt.
Inflatie
Meer cijfers staan op de themapagina Prijzen.
Meer weten over inflatie? Bekijk het CBS-filmpje op Youtube.