Ruim helft volwassenen bereid tot orgaandonatie
Ruim de helft van de volwassen Nederlandse bevolking geeft aan bij overlijden hun organen te willen afstaan. Bijna twee derde zou een orgaan willen ontvangen indien zij dit nodig zouden hebben. Levensovertuiging en leeftijd spelen een belangrijke rol hierbij.
Meer animo voor orgaanontvangst dan voor orgaandonatie
Het aandeel van de Nederlandse bevolking dat aangeeft een orgaan te willen ontvangen als dat nodig is (63 procent), is groter dan het aandeel dat zegt organen te willen afstaan bij overlijden (54 procent). Daarnaast zegt ongeveer 10 procent geen donor te willen zijn. Slechts 5 procent geeft aan geen orgaan te willen ontvangen.
Mening over het afstaan en ontvangen van donororganen, 2010
Niet-gelovigen vaker bereid tot afstaan dan gelovigen
Van personen zonder religieuze overtuiging zegt 61 procent bereid te zijn organen te doneren bij hun dood. Dat is meer dan bij de gelovigen. Zo gaf van de moslims slechts 27 procent dat aan. Tussen de overige religieuze groeperingen zijn de verschillen op dit punt geringer en ligt het aandeel rond de 50 procent.
Ook als het gaat om het willen ontvangen van een orgaan geldt dat personen zonder religieuze overtuiging hier met 69 procent het vaakst voor open staan. Het verschil met de religieuzen is hierbij echter minder groot dan bij het doneren van organen.
Aandeel dat bereid is organen af te staan of te ontvangen, naar kerkelijke gezindte, 2010
Ouderen minder geïnteresseerd in orgaanontvangst dan jongeren
Jongeren en ouderen zijn in gelijke mate bereid tot het afstaan van organen bij overlijden. Het aandeel dat een donororgaan zou willen ontvangen hangt wel samen met leeftijd. Ongeveer 70 procent van de jongere leeftijdsgroepen staat positief tegenover het ontvangen van een donororgaan tegen ruim 40 procent van de 75-plussers.
Aandeel dat bereid is organen af te staan of te ontvangen, naar leeftijd, 2010
Rianne Kloosterman en Karolijne van der Houwen
Bron: Houdingen ten aanzien van orgaandonatie en orgaanontvangst