Consumentenvertrouwen en beurskoersen tegelijk onderuit
Het CBS meet elke maand het vertrouwen van de consument. Tal van factoren, zoals werkloosheid, de beurskoersen, huizenprijzen en inflatie, spelen hierin een rol. De betrokkenheid van de consument met de aandelenmarkt is groot. Niet alleen doordat veel particulieren zelf in aandelen handelen, maar ook indirect, onder meer via de pensioenfondsen.
AEX en het consumentenvertrouwen
Consumentenvertrouwen hand in hand met beurskoersen
De stemming onder consumenten verslechterde in augustus 2011 fors. De indicator van het consumentenvertrouwen daalde 9 punten en kwam uit op -21. De neergang van het vertrouwen loopt in de pas met de recente daling van de aandelenkoersen. In eerdere jaren is eenzelfde patroon te zien. Toen eind 2000 het beursklimaat verslechterde, groeide het pessimisme onder consumenten. Na een dieptepunt begin 2003 trokken de koersen weer aan en nam het vertrouwen van de consument toe. Medio 2007 was de stemming opperbest. De AEX bereikte een top. Kort daarna, in september, stortte het vertrouwen in. Dit was mede toe te schrijven aan het uitbreken van de kredietcrisis in de Verenigde Staten. Even later daalden ook de aandelenkoersen fors. De malaise duurde tot begin 2009. Daarna krabbelden beide indicatoren weer op, tot zij in de zomer van 2011 weer onderuit gingen.
Bijna een kwart van de huishoudens bezit zelf aandelen
De samenhang tussen de beurskoersen en het consumentenvertrouwen is voor een deel toe te schrijven aan de directe betrokkenheid van de consument bij de beurs. Eind 2010 hadden de huishoudens voor bijna 224 miljard euro aan aandelen in hun bezit. Beleggen door particulieren werd in de jaren negentig populair. Daarvoor was dit grotendeels voorbehouden aan professionals. Tussen 1995 en 2000 verdubbelde het aantal huishoudens met aandelen. Daarna bleef de particuliere belegger volop actief. Begin 2010 hadden bijna 1,7 miljoen huishoudens aandelen in hun bezit. Dit is bijna een kwart van alle huishoudens.
Waarde aandelenbezit huishoudens aan het eind van het jaar
Onzekerheid over oudedagsvoorziening door problemen bij pensioenfondsen
Ook via hun pensioen hebben consumenten veel te maken met de beurs. Pensioenfondsen beleggen de door hen beheerde gelden voor een groot deel in aandelen. Eind 2010 was hun aandelenportefeuille ruim 472 miljard euro waard, meer dan twee keer zoveel als eind 2001. Hierdoor is de ontwikkeling van de aandelenkoers ook op indirecte wijze een belangrijke factor voor de stemming van de consument.
Waarde aandelenportefeuille pensioensector aan het eind van het jaar
Malaise op de beurzen tast de dekkingsgraad van de pensioenfondsen aan. Dit is de verhouding tussen de waarde van de beleggingen en de omvang van hun betalingsverplichtingen. De minimale dekkingsgraad van een pensioenfonds is vastgesteld op 105. Is deze lager dan is een herstelplan nodig. Door de lage stand van de lange termijnrente en de recente koersval van aandelen verkeren de pensioenfondsen inmiddels in zwaar weer. Bij een aantal van hen ligt de dekkingsgraad onder het vereiste minimum. Deze problematiek zorgt voor onzekerheid bij consumenten over hun oudedagsvoorziening.
Zorgen over werkloosheid bij dalende beurskoersen
In het onderzoek naar het consumentenvertrouwen wordt ook gevraagd naar de verwachtingen over de werkloosheid in de komende 12 maanden. Ook deze indicator heeft een duidelijke samenhang met het verloop van de AEX-index. Het percentage consumenten dat verwacht dat de werkloosheid in de komende 12 maanden zal stijgen, loopt op als de beurskoersen dalen. In de afgelopen maanden is de werkloosheidsverwachting verslechterd. In augustus 2011 rekenden vier van de tien consumenten op een stijging van de werkloosheid.
AEX en werkloosheidsverwachting consumenten
Karin van der Ven en Pauline Sijrier-Goetsch