Afname banen kleiner
In het tweede kwartaal waren er 63 duizend banen van werknemers minder dan in het tweede kwartaal van 2009. Dit is een afname van 0,8 procent. De krimp is kleiner dan die in de voorgaande drie kwartalen, toen lag het aantal banen telkens bijna 2 procent lager dan een jaar eerder.
Er waren in het tweede kwartaal van 2010 in Nederland bijna 7,9 miljoen banen van werknemers. Dit betreft zowel deeltijdbanen als voltijdbanen. Omgerekend naar voltijdbanen kwam het aantal banen uit op iets meer dan 5,9 miljoen, 62 duizend minder dan in het tweede kwartaal van 2009.
Het aantal banen kent een duidelijk seizoenpatroon. Hiermee rekening houdend was het aantal banen in het tweede kwartaal 0,3 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2010. Vergeleken met een kwartaal eerder groeide de werkgelegenheid voor het eerst na vijf kwartalen van krimp.
De lonen van werknemers per arbeidsjaar waren in het tweede kwartaal 1,3 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal van 2009. Deze loonstijging wijkt weinig af van de CAO-loonstijging van 1,1 procent. Promoties en variabele beloningselementen zoals bonussen, provisies en overwerkvergoedingen hadden per saldo nauwelijks een opwaarts effect. De loonkosten per arbeidsjaar waarin ook de werkgeverspremies zijn opgenomen stegen met 1,5 procent iets sneller dan de lonen. Dit komt doordat de werkgeverspremies voor werkloosheid en de zorgverzekering omhoog gingen.
Banengroei en economische groei
Meer cijfers staan op de themapagina Arbeid en sociale zekerheid.