Groei economie zet door
De Nederlandse economie is in het tweede kwartaal met 2,1 procent gegroeid ten opzichte van dezelfde periode in 2009. Daarmee is de groei duidelijk groter dan in het eerste kwartaal. Toen groeide de economie nog met 0,6 procent.
Ten opzichte van het voorgaande kwartaal groeide de economie in het tweede kwartaal met 0,9 procent. Hierbij is rekening gehouden met werkdag- en seizoeneffecten. Het tweede kwartaal van 2010 was het vierde kwartaal op rij met een kwartaal-op-kwartaalgroei.
De uitvoer van goederen en diensten groeide stevig. Het volume was 11,5 procent groter dan in het tweede kwartaal van 2009. Met 13,5 procent nam ook het volume van de invoer fors toe.
De consumptie van huishoudens groeide voor het eerst sinds eind 2008 weer. Huishoudens besteedden 0,7 procent meer dan in het tweede kwartaal van 2009. De groei is volledig toe te schrijven aan een hoger gasverbruik en toegenomen autoverkopen. De overheidsconsumptie groeide met 1,8 procent iets minder hard dan in het eerste kwartaal.
De investeringen in vaste activa waren in het tweede kwartaal 4,8 procent lager dan een jaar eerder. Daarmee was de afname veel kleiner dan die in de voorgaande vijf kwartalen. Toen bedroeg de krimp steeds 8 à 16 procent.
De delfstoffenwinning leverde door weersinvloeden veel meer productie dan een jaar eerder. Verder doen vooral de op export gerichte bedrijfstakken het in het tweede kwartaal goed, zoals de handel, de industrie en de transportsector. De bouwnijverheid produceerde daarentegen net als in het eerste kwartaal veel minder dan een jaar eerder.
Middelen en bestedingen (volume)
Meer cijfers staan op de themapagina Macro-economie.