Gratieverlening
Gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van een opgelegde straf.
Na een veroordeling kan de veroordeelde of een ander een gratieverzoek indienen. Een verzoek tot gratie wordt gestuurd aan het Bureau Gratie van het Ministerie van Justitie. Als aan de wettelijke voorwaarden is voldaan, wint het Bureau advies in van de Minister van Justitie en van de rechter. Daarna legt het Bureau het verzoek voor aan de Koningin. Zij kan vervolgens gratie verlenen bij Koninklijk Besluit.
De Gratiewet noemt twee gronden waarop gratie kan worden verleend. In de eerste plaats kan er sprake zijn van (nieuwe) omstandigheden waarmee de rechter bij de uitspraak niet of onvoldoende rekening heeft gehouden, terwijl die omstandigheden wel zouden hebben geleid tot een lagere straf. In de tweede plaats kan het zo zijn dat met (de voortzetting van) de straf geen redelijk doel meer wordt gediend.