Aanhoudende laagconjunctuur
Het conjunctuurbeeld was eind april slecht. Het zwaartepunt van de indicatoren in de Conjunctuurklok ligt in de fase van “laagconjunctuur”.
De economie is in het vierde kwartaal van 2008 met 0,6 procent gekrompen. Voor het eerst in ruim vijf jaar was het volume van het bruto binnenlands product kleiner dan een jaar eerder. Ten opzichte van het voorafgaande kwartaal kromp de economie met 1,0 procent. Het was de derde kwartaal-op-kwartaal-krimp op rij.
Het vertrouwen van consumenten nam in april toe. Vooral over de economie in de komende twaalf maanden waren ze veel minder somber. De ondernemers in de industrie waren iets minder pessimistisch dan in maart. Het producentenvertrouwen steeg van -20,8 tot -17,4. De zakelijke dienstverleners waren wel somberder gestemd.
De kapitaalmarktrente bedroeg in maart 2009 gemiddeld 3,7 procent. De inflatie kwam in maart uit op 2,0 procent en was daarmee gelijk aan die in februari. De afzetprijzen van de industrie waren in maart bijna 11 procent lager dan een jaar eerder.
De industriële productie was in februari bijna 13 procent lager. In januari werd 11 procent minder geproduceerd dan een jaar eerder. Het volume van de uitvoer was in februari bijna 13 procent kleiner. Ook het volume van de consumptie was kleiner. Door huishoudens werd 2,8 procent minder besteed dan in februari 2008.
De werkloosheid loopt op. Er waren in de periode januari-maart 2009, na correctie voor seizoeneffecten, gemiddeld 317 duizend werklozen. Het aantal banen was in het vierde kwartaal 108 duizend hoger dan in het vierde kwartaal van 2007, een groei van 1,4 procent. Het aantal vacatures liep sterk terug, het aantal uitzenduren was iets lager.
Bruto binnenlands product (bbp)
Meer cijfers staan in het dossier Conjunctuur.